Genealogische website Warsage

Albert van Wersch en Histor

Inleiding
Albert van Wersch werd in 1914 geboren. Hij groeide op in een ondernemersgezin in Heerlen. Zijn grootvader had een winkel in schildersartikelen en was huisschilder. Zijn vader en ooms hadden in Heerlen ook hun schildersbedrijf. Zijn vader met tientallen werknemers.

Waarom hij de naam Albert kreeg, verklaarde later zijn vader in een brief uit 1946 aan hem:
En nu Al waarom heet U Albert. Op 28 augustus 1914 dreunt hier alles van de zware Duitsche kanonnen die hun vuur uitspuwen op de vesting Luik.
Door de heldhaftige verdediging door Koning Albert, gaven wij U flinke pasgeborene sterke jongen de naam Albert. Dat wist U zeker nog niet.

In de Tweede Wereldoorlog nam Albert van Wersch de zaken waar voor zijn oudste broer Guus die een verffabriek in Amsterdam had.  Tot zijn pensionering in 1975 was hij directeur van de verffabriek Varossieau in Alphen aan den Rijn. Onder zijn leiding werd het merk HISTOR een begrip in de schildersbranche en de doe-het-zelf markt. Hoe Varossieau en HISTOR ontstonden wordt hieronder verklaard.

Deel 1: de geschiedenis: de familie Varossieau
Rond 1700 woedden in Frankrijk de Hugenotenoorlogen en vele protestanten vluchtten naar België en Nederland. Een van de vele vluchtelingen was Jean Varossieau en zijn vrouw Jeanne Clouet. Op 28 februari 1730 stonden zij als leden ingeschreven in de Waalse kerk in Middelburg. Zij bleven niet lang in Nederland want hun zoon Jean werd in 1735 in het Franse dorpje Landouzy-la-Ville geboren. Dit dorp ligt in Noord Frankrijk, boven Reims. landouzyOmstreeks 1760 vertrok Jean naar Nederland en kwam in Heusden (Noord Brabant) terecht. Hier trouwde hij in 1762 met Anna Catharina van den Bergh. Uit dit huwelijk werd onder meer Louis (Lodewijk) Varossieau op 1 januari 1765 geboren. In 1786, Louis was 21 jaar, vertrok hij naar Alphen aan den Rijn waar hij op 29 april 1787 met Wilhelmina Paling uit Oudewater trouwde.

 

Lodewijk Varossieau was kunstschilder. Er zijn vijf werken van hem bekend: drie landschappen en twee portretten. Bekend en gewaardeerd was hij zeker, want zijn naam is opgenomen in het boekwerk Geschiedenis van de Beeldende Kunsten in de Nederlanden -Hollandsche en Belgische School- van de vroegste tijden tot op onze tijd door Christiaan Kramm (1864), waarin hij zegt: Varossieau (Louis) een kunstliefhebber, die te Aarlanderveen over Alphen aan den Rijn woont, van wien ik een klein schilderijtje heb gezien, met koeitjes en schapen, dat, in waarheid, malsch en uitvoerig, in de stijl van Jan Kobell, was geschilderd. Naar het genoemde werk te oordelen is het te bejammeren dat hij weinig schildert.

 

En zoals een goed kunstschilder betaamt, maakte Louis zijn verf zelf. Ook de vernis waarmee zijn schilderijen beschermd werden, stookte hij zelf met lijnolie en harsen. Achter zijn huis in de Julianastraat in Alphen aan den Rijn, stond langs de Rijn de vernisstokerij. Vanaf 1795 was hij hier met een hulp actief in het maken van vernissen. En natuurlijk maakte hij meer dan dat hij zelf nodig had. Met als gevolg dat de overproductie verkocht werd aan rijtuig- en huisschilders.

 

De naam Varossieau werd in die dagen op verschillende manieren geschreven. In  de notulen van Vergadering van Vertegenwoordigers van Alphen en Rietveld gehouden op Dinsdag 5 september 1795, het eerste jaar der Bataafsche Vrijheid, werd zijn naam als Varosseaux geschreven. En als eerste luitenant van de gewapende burgerij tekende in 1796 Lodewijk met Varossieaux. Onder de oprichtingsakte van de Burger-Sociëteit op 28 september 1795 staat Lodewijk Varossieau.

In 1800 werd zijn zoon Lodewijk (II) Willem geboren die met Wijnanda Aldenrahd uit Nieuwkoop trouwde. Zij kochten een huis in de gemeente Aarlanderveen. Tegenwoordig is dat Alphen aan den Rijn. Zijn huis stond op de plek waar nu de winkel van Hazebroek gevestigd is.

 

burgemeester VarossieauIn 1822 huurde Lodewijk (II) de vernisstokerij van zijn vader, breidde de verkoop uit tot omliggende plaatsen en had inmiddels vier man personeel. Lodewijk Willem was naast vernisfabrikant, sinds 8 november 1833, ook raadslid van Aarlanderveen. Op 11 september 1844 overleed zijn vader Lodewijk Varossieau.

Lodewijk (II) Varossieau, de vernisfabrikant en gemeenteraadslid, werd met een grote meerderheid in 1851 benoemd tot wethouder. Zes stemmen voor, één tegen. Tegelijkertijd werd hij tweede ambtenaar van de Burgerlijke Stand. Hij was toen 51 jaar.

 

Lodewijk en Wijnanda Aldenrahd kregen twee kinderen. Zoon Lodewijk (III) ging een heel andere kant op dan zijn vader en grootvader. Het was is die tijd geen optie om de fabriek door zijn dochter te laten overnemen. Hierdoor kwam zijn 45 jarige aangetrouwde neef Cornelis van Rijn in aanmerking voor opvolging. Op 9 juni 1863 werd Lodewijk (II) Willem door Zijne Majesteit Koning Willem III tot burgemeester van de Gemeente Alphen benoemd. Hij was 63 jaar oud. Een eervolle promotie dus voor hem. Aangezien hij echter in Aarlanderveen woonde en het daar blijkbaar goed naar zijn zin had, ontving hij van Zijne Majesteit dispensatie om buiten Alphen te wonen. Op 71-jarige leeftijd vroeg hij ontslag uit zijn ambt, dat hem eervol werd verleend en hij overleed een maand later in 1872.

Deel 2: De periode van Cornelis en Willem van Rijn
Geertruida, de zus van Lodewijk (II) Willem Varossieau, trouwde met Gerrit Kleij. Uit dit huwelijk werd dochter Wilhelmina in 1815 geboren. Zij was dus een nicht van Lodewijk Varossieau. Wilhelmina trouwde in 1838 met Cornelis van Rijn. Waardoor Cornelis een neef werd van Lodewijk Varossieau. Zoals hierboven al werd aangegeven had Lodewijk geen opvolging voor zijn vernisfabriek. Zoekend vond hij Cornelis van Rijn bereid hem uit de brand te helpen en de overdracht vond plaats op 1 mei 1862. Op deze datum schreef Lodewijk in een brief aan zijn klanten:

 

Ik heb de eer Ued. bij deze kennis te geven dat ik mijn FABRIEK VAN LAKKEN, VERNISSEN en STANDOLIE, sedert 40 jaren door mij gedreven onder de Firma van VAROSSIEAU & COMP., op heden heb overgedaan aan mijnen Neef den heer C. VAN RIJN, Tz., die daarvan door aankoop eigenaar geworden is, en haar van heden af, op denzelfden voet en onder dezelfde firma als tot dusverre, zal voorzetten.

 

Een jaar later werd Lodewijk Varossieau tot burgemeester van Alphen benoemd.

catalogusDe alleenheerschappij van Cornelis van Rijn duurde vijf jaar. In februari 1867 richtte hij samen met zijn zoon Gerrit de firma Varossieau & Cie op. Cornelis is inmiddels 50 jaar. Gerrit (28) trouwde, kreeg vijf kinderen waaronder Willem, en stierf toen hij 35 jaar oud was in 1875. De broer van Gerrit: Lodewijk nam het bedrijf over, maar stierf zelf zeven jaar later in 1882. Ondertussen was de weduwe van Gerrit (Johanna Cornelia van Buul) ook firmant geworden samen met Cornelis. Wanneer ook Cornelis overlijdt in 1885 wordt Johanna alleen firmante. Zij benoemt haar zoon Cornelis Jillis in 1900 tot directeur, maar ook die stierf. Van de vijf kinderen die zij had leefde er nog één: Willem Marinus, de anderen waren allemaal jong gestorven.

 

In de jaren 1901 en 1902 vinden er enorme uitbreidingen plaats. Vergunningen worden verkregen tot de bouw van een machinekamer, ketelhuis, schoorstenen, stoomketel, de bouw van de verffabriek en uitbreiding van de vernisfabriek.
Op 1 april 1906 kocht Willem Marinus het aandeel van zijn moeder in Varossieau & Co (= Compagnie), waardoor hij uiteindelijk alleen eigenaar werd van de Naamloze Vennootschap Varossieau & Co, fabriek van japanlakken en vernissen.

 

Deze Willem Marinus van Rijn was maar liefst 31 jaar aan het bedrijf verbonden. Onder zijn leiding kreeg Varossieau zowel in binnen- als buitenland bekendheid. De fabriek, inmiddels stevig uitgebreid aan de Emmalaan in Alphen a/d Rijn, moest ervoor zorgen dat er hoge kwaliteit verf geproduceerd werd en het was Willem die deze producten aan de man bracht. Hij vertoefde vaak in het buitenland met name Duitsland en Oostenrijk voor de verkoop van zijn producten.


Ook in Parijs Wenen en Keulen werden fabriekjes gebouwd. De verkoop in het buitenland was voor Willem belangrijker dan in Holland. Hij noemde Holland ‘een volwassen dwerg’ in vergelijking tot alleen al Duitsland. Voor de Eerste Wereldoorlog kwam de export tot grote bloei. Driekwart van de productie ging de grens over. Naast de al genoemde vestigingen was er ook een eigen vestiging in Zwitserland. Zijn klantenkring rijkte tot in onder andere Denemarken, België, Spanje en Engeland. Bijna driekwart van de omzet was afkomstig uit het buitenland. Willem zag in die tijd al het nut in van reclame en schreef in een brief aan zijn adjunct directeur: Een gebrek is bij ons dat wij geen afdeeling of centrale hebben op kantoor voor uitbreiding en reclame der zaak. Maar toch verschijnen er prachtige etiketten en folders.

 

Het spreekt vanzelf dat de Eerste Wereldoorlog letterlijk en figuurlijk een grote streep door de rekening was. Met één klap viel een groot gedeelte van de export weg. Het was juist deze export die zo belangrijk was voor Varossieau. De vestigingen in Parijs, Keulen en Bazel waren door gebrek aan grondstoffen en allerlei andere zaken, opgeheven.

Willem kreeg een zoon Jacob die na verloop der jaren als technisch directeur het bedrijf tussen de twee wereldoorlogen leidde. Jacob verbeterde het productieproces en de receptuur.


Het eind van de Tweede Wereldoorlog maakte hij niet mee, hij was in 1942 als verzetsman in een concentratiekamp bij Hamburg overleden en er was geen directe opvolger. Zijn nagedachtenis werd door de nieuwe directie geëerd door de schenking van een klok, met zijn naam, voor het carillon in de toren van de Alphense Adventskerk. De leiding van het bedrijf werd in de oorlogsjaren waargenomen door Leen Spreij, aangetrouwde familie van Van Rijn..

Deel 3: De periode van Albert van Wersch

In 1946 vroegen de dochters van Willem van Rijn aan Leen Spreij een nieuwe directeur te zoeken en Albert van Wersch werd toen gevraagd.
Waarom Albert van Wersch? Omdat hij met verf opgegroeid was. Zijn broer, zijn vader Ferdinand, zijn ooms en zijn grootvader zaten al in de verf. Toen Alberts moeder stierf, ging hij van school om zijn vader onder meer zakelijk bij te staan. Het bleek een goede leerschool te zijn.

Enkele jaren later verhuisde hij naar Amsterdam.En werkte bij een filiaal van Les Fils Lévy Finger uit Brussel waar de broer van hun vader (Frans) verkoopdirecteur was. Albert bleef twee jaar als volontair bij zijn broer in Amsterdam. Hij startte in de productie, nam lessen in scheikunde en richtte een klein laboratorium in. Daar ontwikkelde hij nieuwe muurverven. Vervolgens volgde hij een trainee-schap op de administratie, inkoop, verkoop en ging met vertegenwoordigers mee. Guus werd in 1939 gemobiliseerd en Albert was zover dat hij de leiding kon overnemen. Hij was toen 26 jaar. Toen Guus na een korte legertijd terugkwam, werd Albert gevraagd om als adjunct directeur een kleine verffabriek te leiden. In de vier oorlogsjaren leerde hij veel bij.

Diefstal

In 1941 werd er in de Gooische verffabriek ingebroken. De aangifte werd opgeschreven en luidde:

6 uur 40. Politierapport Amsterdam
Rapporteeren de a.p.s. Hooftman(3884) en Telkamp (5030-, dat zij te plm. 5 uur de toegangsdeur van perceel Planciusstraat 24 open vonden.
Bij onderzoek bleek, dat een ruit aan de achterzijde stuk was.
Vermoedelijk hebben onbevoegden zich door verbreking van deze ruit toegang tot het perceel verschaft en dit door de voordeur verlaten.
In het perceel is gevestigd de N.V. Gooische Verffabriek.
De vertegenwoordiger H.H.Heitmeijer, oud 45 jaar, won. Hunzestraat 122, alhier, kon bij een voorloopig onderzoek slechts vaststellen, dat een aantal kwasten wordt vermist.
Hem is aangezegd de toestand te laten, zooals deze gevonden is, in verband het dact. onderzoek.

 

Op dezelfde dag deed Albert van Wersch ook aangifte:

gooische verffabriek09.00 uur, Politierapport Amsterdam
In verband met mutatie dd 22.7.41 van 6.40 uur, heeft de l.rech. WIELINGA een onderzoek ingesteld bij de GOOISCHE VERFFABRIEK, gevestigd Planciusstraat 24 Alhier. Hedennacht heeft aldaar een inbraak plaats gehad. Men heeft zich den toegang tot het perceel verschaft door verbreking van een ruit aan de achterzijde van de werkplaats. Door de werkplaats is men naar het kantoor gegaan, en heeft aldaar een 50tal doosjes ieder inhoudende 12 kwasten ontvreemd. Verder is ontvreemd een blok met gewichten van ½ K.G. tot 1 gram, en een gordijn waarin men waarschijnlijk de kwasten heeft verpakt. Bedrijfsleider van bovengenoende firma is ALBERT CASPAR HUBERT WERSCH, oud 26 jaar, wonende Vossiusstraat 50 I Alhier, die van het bovenvermelde aangifte deed. De waarde van het ontvreemde is ongeveer F.200.-. Geen vermoeden. Dactyloscopische dienst gewaarschuwd.

In 1945 kwam ook eindelijk de vrede in Amsterdam.

wersch munnikAlbert was in 1944  met Elisabeth Munnik getrouwd en Albert begon plannen te maken hoe nu verder. Hij leidde op dat moment de N.V. De Gooische Verffabriek in Amsterdam. Kort daarop, in maart 1946, kwam het voorstel van de heer Spreij uit Alphen aan den Rijn.

Als verfman van huis uit kende Albert het bedrijf Varossieau als een middelgroot bedrijf met goede, klassieke, producten en dertien man in dienst. Toen hij daar aankwam omschreef hij zijn kennismaking als een volkomen ontnuchtering. Ik trof een bedrijf aan waar de klok vijftig jaar geleden was blijven stilstaan. Het bedrijf was die tijd hopeloos verouderd. In een brief aan de adjunct directeur, de heer Hoogeboom, van 28 maart 1946 schreef Van Wersch: Ik ben vol lof over de toewijding en nauwkeurigheid waarmede ieder lid van deze gemeenschap zijn taak vervult. Dat de verschillende werkmethoden verouderd zijn doet hier geen afbreuk aan. Mocht ik, bij het invoeren van moderne werkmethoden, deze zelfde toewijding en nauwkeurigheid ondervinden, dan ben ik overtuigd dat, ieder in zijn taak, wij gezamenlijk zullen slagen het bedrijf een vooraanstaande plaats in de Nederlandsche  Verfindustrie te verzekeren.

 

Onder Van Wersch begonnen de vernieuwingen van Varossieau. De gemiddelde leeftijd van het personeel was zestig, de fabriekschef was 78 en 50 jaar in dienst, de baas van de verfmengers was 71 en 45 jaar in dienst en de baas van de inpakkers was 68 jaar en 41 jaar in dienst. De jongste medewerker was 47 jaar. De oude garde kreeg een pensioen aangeboden en er kwam een nieuwe bedrijfsleider (28), een exportmanager (31), een chemicus (25) en, voor het eerst in het bestaan van het bedrijf zelfs een vrouwelijke kantoorbediende; een jonge dame van 17 jaar.

 

Varossieau alphen
Kantoor 1946

De hoge oude lessenaars met grote dikke boeken vol krulletters werden vervangen door bureaus met stoelen en in 1948 begon de bouw van een geheel nieuwe vernisfabriek die niet langer stoom maar stroom (lees: elektriciteit) als krachtbron had. Ook de producten waren verouderd.

 

De waarde die het verleden voor de heer Van Wersch had, deed hem in 1949 besluiten een merknaam te kiezen waarin de historie voortleefde: Histor. Maar het verleden moest ook als voorbij beschouwd worden. Vandaar de gedachte ‘Historia exit’: De geschiedenis is voorbij oftewel het oude heeft afgedaan. De naam Historex kwam hieruit voort. Het is duidelijk dat in de periode door Van Wersch een nieuwe fase werd ingezet. De naam Histor was ook makkelijk in het buitenland te gebruiken want History is immers hetzelfde als bijvoorbeeld Histoire.
Het slopen en bouwen ging door en het aantal medewerkers nam toe. Met demonstraties en een reclamecampagne werden de nieuwe producten begin jaren vijftig in de schilderssector geïntroduceerd. Niet alleen de schildersbranche werd bewerkt, Doordat Varossieau een goede naam had in vernissen, werd ook de drukinktindustrie met succes bewerkt. Zo werden in die tijd alle postzegels en bankbiljetten gedrukt met inkt waar Varossieau de vernis voor leverde. Ook de blikindustrie werd een grote afnemer en de drukkerijen gebruikte de hoogglanzende vernissen voor alle mogelijke etiketten, boekomslagen enz.

 

Export

marketing
marketing
marketing

Toen Albert van Wersch in 1946 bij Varossieau kwam, werd uiteraard briefpapier gebruikt. Daarop stond de adelaar al afgebeeld. (foto links).

In de zestiger jaren werd dit beeld gestileerd en zo ontstond het logo van de vogel die toen op de gevel van de nieuwbouw werd gebruikt. (foto midden).

Op zijn reizen naar de Arabische landen kon Albert van Wersch niet het merknaam Histor gebruiken, omdat dat daar niets zei. Vandaar dat hij de adelaar weer van stal haalde, de eagle. Hij liet vijftig jeeps maken, gestijld naar de  Amerikaanse legerjeeps met de Eagle op het dak afgebeeld en nam die mee als relatiegeschenk naar onder andere Irak.

Varossieau suriname
suriname klm
Dagblad De Surinamer van 1955. Albert vertrekt naar Amsterdam. Toen werd dat soort informatie nog in de kranten gezet.

De export werd weer daadkrachtig aangepakt. Export vond plaats naar Irak, Turkije, maar ook dichterbij naar Duitsland, waar Albert van Wersch een aparte BV oprichtte die onder leiding stond van Herr Kloostermann. In zijn hoogtijdagen had deze dochteronderneming 60 man in dienst. België kreeg ook een eigen vestiging, terwijl Luxemburg en Frankrijk met importeurs werkten. Een parel op de kroon werd een eigen fabriek in Paramaribo in Suriname waar veertig man werkte. Pas in 1966 werd de fabriek in Suriname geopend. De directeur was de heer Heijtmeijer.

 

Al in 1962 zat Albert van Wersch in de Industriële Adviesraad voor Suriname en de Nederlandse Antillen.Deze raad was door prins Bernhard geïnstalleerd.  Albert zat specifiek in de werkgroep voor Suriname namens Nederland.

varossieau suriname

VAROSSIEAU ZAL GROTE VERFFABRIEK HIER BEGINNEN

Een verffabriek, die voor de Surinaamse markt en export naar het Caraïbisch gebied zal produceren, zal binnenkort hier begonnen worden door de bekende Nederlandse verffabrikanten Varossieau en Cie NV Lakfabrieken te Alphen aan de Rijn. Deze firma werd tot dusver hier vertegenwoordigd door CKC. Dit wordt de tweede verffabriek aangezien de verfhandelaar John Ziel spoedig verf van Jan Visser zal produceren.


Het besluit om nu een eigen bedrijf te beginnen werd de afgelopen maand genomen bij een bezoek aan Suriname van de Hr. A. Wersch, een der direkteuren.
Als technisch en commercieel direkteur zal optreden de heer J. Heytmeyer.

 

Varossieau is de fabrikant van o.a. de veel gevraagde Histor verf. Door nauwe samenwerking met het laboratorium van het moederbedrijf te Alphen zal de kwaliteit van het product gewaarborgd kunnen worden. Het Caraïbisch gebied zal niet meer vanuit Nederland, maar door de fabriek hier bevoorraad worden. Uiteraard zullen de verfprijzen belangrijk verlaagd kunnen worden.

 

Tijdens zijn bezoek aan Suriname van 1 tot 18 Maart, kreeg de Hr. Wersch alle medewerking van de Surinaamse overheid voor de plannen. Voor het aandelenkapitaal zullen coupures van ƒ 100 hier worden uitgegeven.
Een Surinamer is reeds aangezocht als commissaris, en het is de bedoeling enkele Surinamers in Nederland te laten opleiden om hier in de bedrijfsleiding opgenomen te worden.

Het Nieuws, 31 maart 1959

picturaprijs
Picturaprijs

varossieauVarossieau kreeg op de doe-het-zelf  markt een groot aandeel met ‘Histor’, de merknaam die vanaf 1956 werd gebruikt voor alle lakken en verfproducten die bestemd waren voor deze doe-het-zelf markt. Maar het bedrijf zag tijdig in dat naast uitstekende technische product-eigenschappen ook de presentatie van een product een steeds belangrijker rol ging spelen. Daarom liet directeur Van Wersch door grafisch ontwerper Dick Elffers een geheel nieuwe vormgeving ontwerpen rond het thema kleur. In etiketten, briefpapier, een kleurenwaaier, het boek Kleur en de nieuwbouw van het kantoor aan de Emmalaan in Alphen aan den Rijn kwam de nieuwe stijl tot uiting. In 1957 ontving Varossieau van de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag ter gelegenheid van hun 275 jaar bestaan van minister Cals de “Picturaprijs” als erkenning “voor de stimulerende manier” waarop industriële vormgeving een kleur gekregen had.

 

Later werd de vormgeving door professor Jan van Keulen aangepast die de drie primaire kleuren en de rode o in het woord Histor bedacht. Voor de promotie van Histor bij het grote publiek werden tal van noviteiten bedacht, zoals reclamevliegtuigjes met een sleep met de tekst ‘Histor maakt ’t mooier’ en ‘Histor geeft Kleur’, winkelpresentaties met losse kleurstalen. Succes bleef niet uit: begin jaren zeventig was Histor een der grootste Nederlandse doe-het-zelf merken. Bij Varossieau werkten 410 mensen en de omzet bedroeg toen 25 miljoen gulden. Daarnaast werd Varossieau ook bekend op het gebied van industrielakken. Histor groeide uit tot het grootste A-verfmerk in Nederland.

In 1964 vierde hij het feit dat hij 50 werd. De reclamestudio van de fabriek maakte voor hem een spandoek dat bij hem in zijn kantoor werd opgehangen.

50 jaar varossieau

Om strategische redenen werd in 1969 besloten samenwerking te zoeken met “N.V. Vernis- en Verffabriek voorheen Vettewinkel & Zonen” waaruit in 1970 I.C.M. (International Coating Materials) ontstond. In 1971 werd ICM door Petrofina gekocht, die reeds de verffabriek Pieter Schoen bezat. Deze drie verfdochters werden in 1972 samengebracht onder de huidige naam Sigma Coatings in Uithoorn, met Sigma, de som van alles als merknaam en tweeduizend werknemers. Albert van Wersch was er lid Raad van Bestuur tot 1975. In 1993 sloot na tweehonderd jaar Varossieau haar deuren in Alphen aan den Rijn.
 

800 Jaar

Albert is al vrij vroeg, als jongen van 24 jaar, begonnen met stamboomonderzoek. Er is nog een brief van hem bewaard gebleven uit 1938 waarin hij het archief van Aken verzocht iets uit te zoeken. In die tijd deden de archieven dat nog gratis. In 1991, dus 53 jaar nadat hij begonnen was, vond hij dat de tijd er was om zijn bevindingen in een boek op te schrijven. Dat boek Van Wersch 800 Jaar werd in 1992 gepubliceerd.

Na zijn pensionering werd Albert van Wersch gevraagd om in het bestuur van het Alphense ziekenhuis te komen. Dit deed hij 6 jaar lang.

Albert van Wersch stierf, in de armen van een van zijn zonen, op 90 jarige leeftijd op 1 maart 2005. Elseviers weekblad schreef het artikel Vader van de Histor-verven.

Recensie 800 Jaar

800 jaarVeel lof voor familiegeschiedenis

Acht eeuwen Van Wersch indrukwekkend boekwerk
DOOR JAN DIEDEREN
WITTEM – De meeste (amateur) genealogen stellen er zich tevreden mee als zij een stamboom van hun geslacht kunnen laten beginnen omstreeks 1600. Maar zo niet Albert van Wersch uit Alphen aan den Rijn, telg uit een familie met vele nazaten in vooral Wittem, Simpelveld, Heerlen en Kerkrade. De genealoog bouwde een stamreeks op die bijna acht eeuwen teruggaat. Hij heeft het geluk dat de voorvaderen van de ‘Van Werschen’ reeds in de dertiende eeuw aanzienlijke personen waren met bezittingen in het Belgische dorp Weerst of, in het Frans, Warsage. Zij noemden zich ridders of landjonkers van Werst, naar de plaats van herkomst.

 

Aan de hand van talrijke documenten die zich in archieven te Maastricht, Brussel, Luik, Hasselt, Aken, Düsseldorf en Keulen bevinden stelde Albert van Wersch een zeer uitvoerige familiegeschiedenis samen. Deze begint in 1215 als ridder Arnold van Werst een overeenkomst sluit met abt Wido van het Cisterciënzer klooster te Hocht. De schrijver treft nog vele andere overeenkomsten aan waardoor hij in staat is tal van nakomelingen van ridder Arnold te traceren.

In de tiende generatie, halverwege de zestiende eeuw, treedt als stamhouder Willem II van Werst naar voren met vier zonen Jan, Tilman, Gillis en Hans. Deze vier vestigen zich in de voormalige rijksheerlijkheid Wittem. Oudste zoon Jan wordt met name genoemd in een document uit 1558; hij is dan inwoner van Epen.

 

Vanaf het begin van de zeventiende eeuw en later vindt de genealoog aansluiting met de kerkelijke registers; eerst in Eys vanaf 1621 en later ook te Epen en Mechelen. Tot en met 1992 komt Van Wersch tot het respectabele aantal van 22 generaties.
De stambomen van de Heerlense, Kerkraadse, Wittemse en Simpelveldse takken zijn in de bijlagen geheel uitgewerkt.

In kringen van (vak)genealogen is het levenswerk van Albert van Wersch met veel lof ontvangen. Het wordt een schoolvoorbeeld genoemd voor een genealogie van een oude Zuidlimburgse familie. Het toont aan dat men in genealogisch onderzoek in deze regio vaak heel ver terug kan gaan. Maar het is vooral zo waardevol omdat de schrijver zich niet tevreden stelt met een dorre opsomming van namen en feiten maar uitgebreid vertelt over de leefomstandigheden van de familie, die bovendien worden geplaatst in een algemene historische context. Het vormt zo ook een bijdrage tot de geschiedenis van de streek en vooral van het dorp Weerst en de heerlijkheid Wittem.

 

Het werk is geïllustreerd met een beperkt aantal foto’s, afdrukken van fragmenten uit originele documenten en enkele historische landkaartjes. Helaas zijn ze veelal afgedrukt op postzegelformaat. Van Wersch situeert het dorp waar zijn voorvaderen uit stammen in de huidige Voerstreek, maar in feite ligt Warsage precies daarbuiten in het Waalse gebied.
Het indrukwekkende en fraai uitgegeven boek is bij de schrijver.

Limburgs Dagblad, 10 februari 1993

Vader van de Histor-verven
ALBERT VAN WERSCH 1914-2005 door: Gerlof Leistra

In 1949 lanceerde Albert van Wersch als directeur van Varossieau Verffabriek een nieuwe merknaam voor `zijn’ verfproducten: Histor. Op de doe-het-zelfmarkt werd Histor een begrip. Van Wersch reisde de hele wereld af om de export ervan te bevorderen. In Suriname begon Varossieau een eigen fabriek. Dinsdag 1 maart overleed Albert van Wersch – vader van zes kinderen en sinds 2002 weduwnaar – op 90-jarige leeftijd in zijn woonplaats Alphen aan den Rijn.

Albert Hubert Caspar van Wersch werd op 28 augustus 1914 in Heerlen geboren in een streng katholiek gezin met acht kinderen. Zijn vader had een schildersbedrijf met 100 á 150 werknemers en werkte vooral voor de Staatsmijnen. Al op jonge leeftijd ging Van Wersch van school en leerde het vak bij zijn vader. Na een paar jaar werd hij volontair in de Amsterdamse verffabriek van een van zijn broers, Guus. In een door hemzelf opgericht laboratorium ontwikkelde Van Wersch nieuwe muurverven. Maar hij verdiepte zich ook in de in- en verkoop. Toen broer Guus in 1939 werd gemobiliseerd, nam Van Wersch tijdelijk de leiding over.

In 1946 werd Van Wersch benaderd om directeur te worden van Varossieau Verffabriek in Alphen aan den Rijn. De gemiddelde leeftijd van de dertien personeelsleden was 60 jaar. De fabriekschef was zelfs 78 jaar en de baas van de verfmengers 71 jaar. Van Wersch trok jong personeel aan en en koos als nieuwe merknaam voor de verfproducten Histor, van `Historia Exit’, ofwel: het verleden heeft afgedaan.

 

Varossieau Verffabriek exporteerde onder meer naar Irak en Turkije, maar ook naar Scandinavië en Amerika. Op verzoek van Van Wersch ontwierp Dick Elffers een nieuwe huisstijl rond het thema kleur.
Jaarlijks bezocht Van Wersch de eigen fabriek van Varossieau in Suriname, met veertig man personeel. Van die bezoeken bestaan nog kilometers filmarchief, vertelt zijn zoon Philippe (54). `En na elk bezoek nam hij iets voor ons mee. Zo hebben alle kinderen prachtig houtsnijwerk van bosnegers.’

Tot 1975 bleef Van Wersch directeur van Varossieau, dat inmiddels was opgegaan in Sigma Coatings. Hij was een heer van stand, zegt oud-medewerker Aad Sprokkereef (83). `Een tikkeltje afstandelijk, maar prettig om mee te werken. Het succes van Histor heeft iedereen verrast.’
Na zijn pensionering was Van Wersch zes jaar bestuurslid van het ziekenhuis in Alphen aan den Rijn. Daarnaast besteedde hij veel tijd aan het schrijven van een vuistdik boek over de geschiedenis van zijn familienaam: 800 jaar Van Wersch. Het basismateriaal had hij in de decennia daarvoor verzameld door nijver spitwerk in de archieven.

Tot zijn 83ste speelde Van Wersch twee keer per week tennis en tot zijn 90ste woonde hij zelfstandig en reed nog auto. Hij was een van de eerste leden van de Rotary in Alphen aan den Rijn en was jarenlang penningmeester van de plaatselijke rooms-katholieke kerk. Voor zijn grote inzet en vele liefdadige werken ontving hij de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice.

Een paar maanden geleden ontdekten de artsen een vlekje achter zijn longen. Het bleek een tumor. Van Wersch onderging nog bestraling, maar zijn lichaam was te zeer verzwakt. Dinsdagavond 1 maart overleed hij in de armen van zijn zoon Philippe.

bron: Elsevier 12 maart 2005

rijn-en-gouwe-2005Oud-Histor-directeur Albert van Wersch overleden

ALPHEN – De dinsdagavond op 90-jarige leeftijd overleden Albert van Wersch zal door veel (oud-)medewerkers van de verffabrieken Varossieau en later Sigma Coatings herinnerd worden als een heer van stand. Van 1946 tot zijn pensionering in 1975 gaf Van Wersch leiding aan de fabrieken.


De in 1914 in Heerlen als zoon van een schilder geboren Van Wersch werd in 1946 gevraagd leiding te geven aan de bekende Alphense verf- en vernisfabriek Varossieau. „Toen hij daar aankwam, omschreef hij zijn kennismaking als een ‘volkomen ontnuchtering”‘, aldus zijn levensverhaal op de familie-website.

 

„ Ik trof een bedrijf aan waar de klok 50 jaar geleden was blijven stilstaan. Het bedrijf was in die tijd hopeloos verouderd.” In een brief aan de adjunct-directeur schreef hij: „Ik ben vol lof over de toewijding en nauwkeurigheid waarmede ieder lid van deze gemeenschap zijn taak vervult. Dat de verschillende werkmethoden verouderd zijn, doet hier geen afbreuk aan. Mocht ik, bij het invoeren van moderne werkmethoden, dezelfde toewijding en nauwkeurigheid ondervinden, dan ben ik overtuigd dat, ieder in zijn taak, wij gezamenlijk zullen slagen het bedrijf een vooraanstaande plaats in de Nederlandse Verfindustrie te verzekeren.” Onder Van Wersch verjongde en vernieuwde het bedrijf. De oude garde kreeg pensioen aangeboden en er kwam een nieuw management en een vrouwelijke kantoorbediende. De hoge oude lessenaars met grote dikke boeken vol krulletters werden vervangen door bureaus met stoelen en in 1948 begon de bouw van een nieuwe vernisfabriek die niet langer stoom maar stroom als krachtbron had.

 

De export werd in die periode aangepakt en Varossieau kreeg op de doe-het-zelfmarkt een groot aandeel met het merk Histor. Op het hoogtepunt werkten bij de fabriek 410 mensen. De omzet liep op tot 25 miljoen gulden. Begin jaren 70 fuseerde Varossieau met nog twee fabrieken tot Sigma Coatings gevestigd in Uithoorn. Albert van Wersch was er directeur tot 1975. De Alphense fabriek aan de Emmalaan sloot in 1993 – na 200 jaar – de deuren. Naast zijn werk voor de fabriek was de pauselijk en koninklijk onderscheiden Van Wersch ook bestuurlijk actief. Onder meer als voorzitter van de Industriële Club Alphen, als bestuurslid van de Stichting Kultureel Centrum Alphen, als penningmeester van de parochie Pius X en als bestuurslid van het toenmalige ziekenhuis Rijnoord.

bron: Rijn en Gouwe 2005

In 1943 werd Albert van Wersch door de beroemde Amsterdamse fotograaf Merkelbach gefotografeerd.

In het fotoalbum van mijn vader zat deze foto. Niets bijzonders, gewoon een foto van een man van 29 jaar. Hij was toen nog niet getrouwd en woonde in Amsterdam in het AMVJ aan de Van Eeghenstraat. Het bijzondere aan deze foto is dat deze foto gemaakt is door Fotostudio Merkelbach uit Amsterdam.

 

In 2013 was er in het Amsterdams Stadsarchief een tentoonstelling over deze fotograaf.

Volgens de site van het Stadsarchief Amsterdam:
In april 1913 opende Jacob Merkelbach een luxe portretatelier boven het gebouw van modehuis Hirsch & Cie aan het Leidseplein in Amsterdam, een toplocatie voor een ambitieuze fotograaf. Vanaf zijn oprichting was Fotostudio Merkelbach zeer succesvol. Tot 1969 kwamen bekende en onbekende Nederlanders naar de studio. Koningin Wilhelmina, Mata Hari, Eddy Christiani, Fien de la Mar, Toon Hermans, mevrouw Van Aalst van de Overtoom, de hond van de heer Zeeman uit de De Lairessestraat, allemaal lieten ze zich door Merkelbach vereeuwigen. Het Stadsarchief grijpt de mijlpaal 1913-2013 aan om de collectie van 40.000 glasnegatieven te digitaliseren, online te zetten en te exposeren.

 

Bovenstaande foto is uit 1943. Merkelbach fotografeerde ook twee keer Henk Munnik, de latere schoonvader van Albert van Wersch. Henk Munnik was onder andere in 1921 de mede-oprichter van het christelijk blindeninstituut Sonneheerdt waar hij penningmeester werd omdat hij accountant was.
In het boekje “Zorgen door Zegen” t.g.v 50-jarig bestaan en “Om gezien te worden” t.g.v. 75-jarig bestaan van Sonneheerdt staat dat hij deze naam bedacht heeft. Tegenwoordig heet het Bartiméus-Sonneheerdt.

Varossieaupalet

College van Burgemeester en Wethouders
van de Gemeente
Alphen aan den Rijn

Geacht College
Onlangs werden de terreinen van Sigma Coatings BV, Emmalaan overgedragen aan projectontwikkelaar Raadhuizen te Deventer.


In de loop van dit en volgende jaar zullen hierop een 80 tal woningen worden gebouwd, Dit feit is voor mij aanleiding u vriendelijk te verzoeken om aan deze nieuwe wijk de naam VAROSSIEAU te verbinden.

 

VAROSSIEAU verf en vernisfabrieken N.V., in 1970 mede-oprichter van Sigma Coatings BV, was tot de verhuizing naar het westelijk havengebied van Amsterdam, sinds 1899 gevestigd aan de Emmalaan.
Vanaf de oprichting in 1795 tot de verhuizing naar de Emmalaan vond de productie plaats langs de Rijn aan de Julianastraat (nu Querelle).

 

In de nieuw te bouwen wijk aan de Emmalaan zal op een nader te bepalen plaats volgens afspraak met de gemeente, de metershoge sculptuur vervaardigd door de overleden kunstenaar Dick Elfers, vervaardigd, worden geplaatst. Dit kunstwerk stond op het terrein van VAROSSIEAU en werd door het personeel aan de directie geschonken ter gelegenheid van het 175 jaar bestaan. In afwachting van de herplaatsing ligt het tijdelijk opgeslagen op de gemeente terreinen aan de Herenstraat.

 

De vernisfabrikant Lodewijk Willem Varossieau, zoon van Lodewijk Varossieau, de oprichter van de vernisfabriek en kunstschilder, werd in 1825 raadslid, in 1851 wethouder van de destijdse gemeente Aarlanderveen en in 1865 tot zijn overlijden in 1871 burgemeester van Alphen aan den Rijn.

De geschiedenis van deze onderneming, die bijna 200 jaar in Alphen aan den Rijn gevestigd was, is vastgelegd in bijgaand boekje, uitgegeven bij het 175 jaar bestaan.


Met belangstelling zie ik uw beslissing in deze tegemoet. Met de meeste hoogachting


A.H.C. van Wersch, oud-directeur Varossieau, 1946-1979, oud-lid Raad van Bestuur Sigma Coatings 1970-1975.

 

Noot webmaster: Dit sculptuur is nooit teruggeplaatst en in de loop der tijd verdwenen. Wie weet waar het is?

varossieaupalet
varossieaupalet

1957

Michelangelostraat
In 1956 woonde het gezin nog aan de Michelangelostraat in Amsterdam. Een week voordat zij zouden verhuizen werd er afscheid van de vriendjes en vriendinnetjes uit de buurt genomen waarbij een goochelaar aanwezig was.

In 1957 vertrok de familie Van Wersch uit de Michelangelostraat in Amsterdam om naar Alphen aan den Rijn te verhuizen waar hun vader zijn fabriek had (Varossieau met het merk Histor).

Het afscheid werd gevierd met een kinderfeestje. Het gezin bestaat uit acht personen.  Vader Albert zit links van het midden. In het midden zit hun oudste zoon Hein, met wit overhemd en strikje, daarnaast zit hun moeder, Bep van Wersch-Munnik.
Lieke zit helemaal links tussen twee andere meisjes. Barbara hurkt rechts. Michiel zit middenin op de grond met wit overhemd en strikje. Links daarnaast Philippe en Albert junior zit rechts op de grond met een wit hemdje.

Naast Lieke zitten twee van haar vriendinnen, Tischa Douqué en haar zus Bea Douqué. Zij woonden boven de familie Van Wersch. Helemaal rechts zit de kinderjuf van de familie Van Wersch. Wie de rest is, is inmiddels onbekend.

Klik hier voor Albert van Wersch in de Heerlense Tak.

error: