In 1923 begon begon Jupke (= Limburgs voor Jos) van Wersch uit Simpelveld met de Witte Bioscoop in Simpelveld. De eerste film die gedraaid werd was Ten tijde der Cecars, zoals de advertentie links laat zien. Het was een echte katholieke film, uiteraard zonder geluid zoals dat in die tijd nog normaal was, over de vervolging van het christenmeisje Lygia die als slachtoffer mishandeld werd omdat zij Cajus, de zoon van de Romeinse pro-consul lief had die haar uit de klauwen van de leeuwen verlost had. De verloofde van Cajus, de aantrekkelijke Cleo, nam wraak waardoor Lygia voor de leeuwen geworpen werd. Deze Italiaanse film is in 1913 als Quo Vadis gedraaid.
Vrijwel altijd werden de films op zondagavond gedraaid en bij hoge uitzondering ook wel eens op zaterdagavond. In de twintiger jaren was de entree prijs variërend van een kwartje tot 40 cent. In die tijd was er ook al een filmkeuring. Soms draaide hij films voor boven de zestien. In 1927 liet hij toch enkele kinderen toe onder de 16 bij een bepaalde film. De gemeenteraad kwam hier achter en Jupke kreeg een verbod voor twee maanden waarin hij geen films mocht draaien.
Een film huren kostte in de begintijd rond de ƒ 25,- Soms huurde hij een topper en moest daarvoor dan een huurprijs betalen van ƒ 75,- De meeste films draaide hij maar één keer. En omdat het ook nog films zonder geluid waren, huurde hij een pianist en violist in. De bioscoop was maar een onderdeel van het hele gebouw. Hij had op dit adres een woning, een winkel, een café, een bakkerij en uiteraard de cinema.
De Witte Bioscoop was een keten van bioscopen die films vertoonde die geschikt waren voor katholieken. Deze organisatie was ergens in 1911 in Amsterdam ontstaan om de zedelooze films te bestrijden en werd mede gesteund door minister-president Ruys de Beerenbrouck en de Nederlandse bisschoppen. Jupke was er met zijn bioscoop vrij laat bijgekomen. De eerste Witte Bioscoop was er in 1911 en al gauw volgde Utrecht, Heerenveen (1912), Gouda, Tilburg (1913), Oisterwijk (1917), Hoensbroek (1919), Beverwijk (1922). De Witte Bioscoop was in de eerste jaren niet aangesloten bij de Nederlandsche Bioscoopbond die pas op 7 augustus 1923 in Amsterdam ontstaan is.
Jupke kwam in 1923 met zijn bioscoop.
De nieuwe bioscoopwet van 1928 zorgde ervoor dat hij opnieuw zijn bioscoopvergunning moest aanvragen en kreeg een afwijzing omdat hij niet voldaan had om zijn plannen met beschrijvingen mee te sturen met de aanvraag. Nadat hij dat gedaan had kreeg hij een half jaar zijn vergunning. De bioscoop had beneden 336 plaatsen en op de tribune 48. Het orkest zat ook naast de tribune op de open eerste verdieping.
In het Nieuw Weekblad voor de Cinematografie van september 1932 stond het volgende vonnis in voordeel van de weduwe Van Wersch-Wark:
Inzake een door Mevr. de Wed. Jos van Wersch-Wark, exploitante van de Witte Bioscoop te Simpelveld aanhangig gemaakt hooger beroep van de beslissing der Permanente Fiimhuurschuldcommissie van de Bedrijfsafdeeling Filmverhuurders, volgens welke beslissing op last van de C. C, Sapho Film te ’s-Gravenhage het leveringsverbod ten opzichte van Mevrouw van Wersch-Wark (appellante) is uitgevaardigd, dat dit leveringsverbod, als zijnde onrechtmatig uitgevoerd, moet worden ingetrokken, en de Sapho Film moet worden veroordeeld:
1. tot terugbetaling van de teveel geëischte filmhuur, welk bedrag bij den Bond is gedeponeerd;
2. tot vergoeding van de door appellante gemaakte kosten (telefoon, porti, reiskosten voor het bijwonen van de zitting van den Raad van Beroep) bedragende ƒ 19.02;
3. tot betaling aan de Bedrijfsafdeeling Filmverhuurders van de boycotkosten a ƒ 15.—, alsmede van de kosten van het beroep, bedragende ƒ 40.—.
Deze beslissing is gegrond op de navolgende overwegingen: dat appellante’s grieven tegen de beslissing van de Filmhuurschuldcommissie zijn, dat Sapho Film (geïntimeerde) ten onrechte van haar geëischt heeft een bepaald bedrag en dat Sapho, toen zij (appellante) dit bedrag, waarop geïntimeerde geen recht had, niet wenschte te betalen, onrechtmatig het leveringsverbod te haren opzichte heeft laten uitvaardigen; dat deze grieven gegrond geacht moeten worden, wijl uit de overgelegde stukken blijkt, dat op 18 Februari 1932 een overeenkomst tusschen partijen is tot stand gekomen, op grond waarvan appellante niet meer behoefde te betalen dan zij betaald heeft; dat weliswaar geïntimeerde zich er op beroept, dat de overeenkomst van 18 Februari 1932 door haren toenmaligen technischen directeur, den heer M. Sprecher afgesloten, geen rechtskracht bezat, omdat de andere directeur van geïntimeerde, de heer Friedmann, de overeenkomst niet bekrachtigd had, doch dat dit beroep ongegrond moet worden geacht, wijl uit den tekst van de gemaakte overeenkomst, hoegenaamd niet is af te leiden, dat er eenig voorbehoud zoude zijn gemaakt; dat uit het voorgaande volgt, dat, indien geïntimeerde zich had gehouden aan de voornoemde overeenkomst, welke op correcte wijze tusschen partijen is tot stand gekomen, van het zenden van een roode kaart, laat staan van het uitvaardigen van het leveringsverbod, geen sprake zou zijn geweest; dat derhalve het uitgevaardigd leveringsverbod geacht moet worden te zijn onrechtmatig en geïntimeerde, die voor de uitvaardiging aansprakelijk moet werden gesteld, alle daardoor ontstane kosten heeft te betalen.
De Secretaris van den Raad van Beroep, A. de Hoop.
De advertentie laat zien dat een film er lang over deed voordat die in Simpelveld gedraaid werd. De film De kleinste Rebel met Shirley Temple kwam in 1935 op de markt. Drie jaar later kon je de film in Simpelveld zien. Wil je een clip uit deze film met Shirley Temple zien: klik hier.
Jos/Jupke was getrouwd met Anna Wark, die ook wel eens optrad als huwelijksgetuige in die jaren. In juni 1932 overleed Jos van Wersch. Zijn weduwe, Anna Wark, nam de directie tot 1940 van hem over. Omdat de vergunning natuurlijk op haar mans naam stond, diende de oudste zoon Maxime in 1932 een verzoek in om de vergunning op zijn naam te zetten; hetgeen geschiedde. En in 1949 ging die vergunning over op zijn broer Leo.
In 1936 of wellicht eerder werd Hub van Wersch, jongste kind van Jupke en Anna Wark, ook betrokken bij de bioscoop. Hij werd toen lid van de Bioscoopbond. Hub was 18 jaar. Tevens werd hij, volgens dit bewijs van lidmaatschap, leider van de bioscoop.
In april 1938 kon Jupke’s zijn zoon Leo vermelden dat de Witte Bioscoop 15 jaar bestond. Het bioscoopjubileum kreeg een vermelding in de krant. T
Simpelveld, Bioscoop-Jubileum.
Zondag 17 April a.s. viert de directie van de Witte Bioscoop het 15 jarig bestaan harer onderneming.
Op initiatief van wijlen dhr. Jos. van Wersch werd in 1923 de alombekende Simpelveldsche danslokaliteit der initiatiefnemer, in eigendom toebehoorend, in een Cinema gemetamorphoseerd. De oprichter, alsmede de tegenwoordige exploitant dhr. Leo van Wersch jr, hebben gedurende deze 15 jaren circa 1500 hoofdfilms op het witte doek vertoond. Inclusief de bijnummers, een totale lengte aan filmband van ruim vijfduizend kilometer. Interessant is te weten dat deze lengte uit 300.00.000 diverse fotobeeldjes is samengesteld.
Voor het jubileum-programma dat ongetwijfeld alle harten veroveren zal, verwijzen wij naar de advertentie in dit nummer.
Hiermee dient de opmerking in het boek Maaslandse Monografieën nummer 70 artikel: Film en het moderne leven in Limburg door Thunnis van Oort (blz 117), gecorrigeerd te worden. Daar staat namelijk dat de Witte Bioscoop Simpelveld rond 1918 startte. Volgens het krantenbericht moet dit dus 1923 zijn.
In 1940 deed zijn broer raadslid Max van Wersch in de gemeenteraad een voorstel dat als volgt in de krant beschreven stond:
Vervolgens komt in behandeling het voorstel van B. en W. tot verlaging der vermakelijkheidsbelasting. Dit voorstel beteekent voor de gemeente een inkomsten derving van ongeveer ƒ 600,—.
Dhr. M. v. Wersch stelt voor de minimumbelasting voor bioscoopvertooningen te verlagen tot ƒ 7,50 voor de Zondagen en tot ƒ 3,75 voor de werkdagen, welk voorstel door den voorzitter krachtig bestreden wordt, waarna wethouder Franssen een tusschen voorstel doet om het minimum der belasting gedurende de maanden Juni, Juli en Augustus te verlagen van ƒ 10,— op ƒ 5,—, welk voorstel wordt aangenomen.
In het boek Fotoboek Oad Zumpelveld, uit 1980 staat op bladzijde 157 ook de Witte Bioscoop beschreven. Het artikel begint met de zin: Een markant fenomeen is jarenlang de “Witte Bioscoop” geweest. In dit artikel wordt het feit gememoreerd dat in 1944, na de bevrijding, twee wereldsterren van groot formaat in Simpelveld, in de Witte Bioscoop kwamen. Dat waren Mickey Rooney en Marlene Dietrich die beiden met het Amerikaanse leger vanaf november 1944 waren meegetrokken.
In datzelfde jaar werd er ook in Simpelveld een optocht gehouden waarbij de spot met de bezetters werd gedreven. Zelfs de band om hun armen zit verkeerd.
GEEN FILM.
En der grootste troubles van het tegenwoordige Bocholtz is de bioscoop, het Wilhelminatheater. Een conflict tussen de beide bioscoopexploitanten van Bocholtz en Simpelveld heeft ertoe geleid, dat reeds ’n maand lang in Bocholtz geen film meer gedraaid mag worden. De Simpelveldse exploitant heeft gewezen op het reglement van de Ned. Bioscoopbond dat zegt, dat binnen een straal van 5 km. geen bioscoop gevestigd mag zijn in dorpen beneden een bepaald aantal inwoners. Deze kwestie zit de inwoners van Bocholtz zeer hoog, omdat het hun niet invalt in Simpelveld een film te gaan zien, dat is meer dan een half uur lopen. De burgemeester heeft zich nu met het geval bemoeid en men verwacht dat de kwestie zeer binnenkort opgelost zal zijn.
bron: Limburgsch Dagblad 14 september 1948
BOCHOLTZ
Bioscoop draait weer» — Ondanks grote moeilijkheden is de bioscoopexploitant, de heer Havenith, na een maandenlang filmverbod voor Bocholtz, erin geslaagd, om met ingang van 2 Jan. weer voorstellingen te geven.
Scheepers kwam de afspraken met Van Wersch niet na door hem een projectieapparaat te leveren. Leike maakte er een zaak van bij de Bioscoopbond . Scheepers was exploitant van de Apollo Theater in het Gelderse Huissen. Pas op 2 mei 1952 werd de projector overgedragen en werd hij tevens veroordeeld tot het betalen van de kosten à ƒ 50.
BOCHOLTZ
Vestiging bioscoop. — Door de heer L van Wersch, bioscoop-exploitant te Simpelveld, is aan B. en W. van Bocholtz een verzoek gericht om hem vergunning te verlenen tot het geven van bioscoopvoorstellingen in de zaal van de heer J. Goebbels. Dr Nolensstraat 7.
In januari 1952 werd de verbouwing tot bioscoopzaal stopgezet wegens het ontbreken van de aangevraagde vergunning van het Departement van Wederopbouw en Volkshuisvesting.
In december 1951 vroeg Leo van Wersch een vergunning aan voor de verbouwing van de feestzaal van Goebbels in de Dr. Nolensstraat 7 in Bocholtz tot bioscoop. Het zou een gebouw moeten worden van 82m² groot.
In januari 1952 werd de verbouwing echter stopgezet omdat de vergunning van het Departement van Wederopbouw en Volkshuisvesting nog niet afgegeven was. Die vergunning kwam wat later.
Hij was al in juli 1950 met de heer Scheepers uit Arnhem overeengekomen dat hij zijn bioscoop in Bocholtz zou overnemen. Dhr. Scheepers had zijn bioscoop in de Wilhelminazaal in Bocholtz. Leo ging de bioscoopzaal bij Goebbels in de Harmoniezaal exploiteren. Eind december 1951 vocht hij een geschil uit met dhr. Scheepers voor de Geschillencommissie van de Bioscoop Bond uit over het wel of niet leveren tegen een bedrag van de technische bioscoopspullen als projecten met toebehoren en de vergunningen, rechten en goodwill. Scheepers had nog niet geleverd en Van Wersch eiste deze op. De uitkomst van het geschil was in het voordeel van Scheepers en Leo werd veroordeeld tot het betalen van de geschilkosten van ƒ 50,- Begin 1952 ging Leo weer een geschil aan met dhr. Scheepers. Die had ondanks diens toezeggingen nog steeds niet geleverd. Scheepers verscheen niet op de zitting maar verklaarde telefonisch dat hij begin mei alles geleverd zou hebben. De Commissie veroordeelde Scheepers tot een dwangsom van ƒ 25 per dag dat hij niet levert en tot ƒ 50 arbitragekosten.
Een ander geschil was met de Overheid. Die rekende overal andere vermakelijkheidsbelasting. Er was een landelijke aktie tegen deze vorm van willekeurige belasting. Zo moest de bioscoop van Bocholtz 20% belasting betalen, terwijl die van Simpelveld 33% diende te betalen. De Bond had de eigenaren van bioscopen voorgesteld om uit protest de zalen te sluiten. Hoensbroek was al (tijdelijk) dicht en die van Bocholtz en Simpelveld overwogen ook te sluiten.
Tussen 1952 en 1962 was Berthe van Wersch-Delhaye bedrijfsleidster van de Witte Bioscoop. Vanaf 1962 werd hun zoon René de bedrijfsleider.
Leo/Leike van Wersch leidde vanaf 1949 de bioscoop in Simpelveld. Blijkbaar ging het goed want in 1951 begon hij ook een Witte Bioscoop in Bocholtz. Die bleef als Witte Bioscoop tot in 1964 bestaan en ook in handen van een Van Wersch.
In april 1954 had Leo plannen om een nieuwe bioscoop in Simpelveld te bouwen. Zie het artikel hier links.
In oktober 1955 was het dan zover. Toen, op een donderdagmiddag stak burgemeester Houbiers de eerste spade in de grond aan de toen nog geheten Stationsstraat, maar nu Oranjeplein. De zaal zou 500 stoelen hebben.
Ron Vijgen reageerde in 2015 via Facebook op dit krantenartikel. Hij schreef: Klopt, alleen op die beruchte bouwplaats heb ik mijn garage en woonhuis gebouwd. De fundamenten van de nieuwe bioscoop liggen nog in de grond en zijn ook nog zichtbaar.
Nieuwe bioscoop in Simpelveld
Het staat thans vast dat de heer L. van Wersch, eigenaar van “De Witte Bioscoop” te Simpelveld, binnenkort zal overgaan tot het bouwen van een nieuw modern bioscoop-theater te Simpelveld. De plannen hiertoe zijn dezer dagen reeds bij het gemeentebestuur ingediend. Het nieuwe theater, dat amphitheater, en uiterst modern zal worden ingericht, zal gebouwd worden met het front naar het Oranjeplein, op het terrein tussen het aldaar staande telefoonhuisje van de P.T.T. en het tankstation van de heer Vijgen. Met de bouw van de nieuwe bioscoop zal reeds spoedig een aanvang genomen worden.
bron: Gazet van Limburg, 3 april 1954
Nieuwe bioscoop in Simpelveld
Naar wij vernemen werden de tekeningen voor de nieuwe bioscoop, welke de heer Van Wersch, exploitant van de Witte Bioscoop, te Simpelveld zal gaan bouwen, goedgekeurd. Zoals bekend zal dit nieuwe theater worden gebouwd aan de Stationsstraat, naast het aldaar gelegen tankstation, in de voormalige concerttuin van de Erven Van Wersch. Met de bouw van deze bioscoop zal zo spoedig mogelijk ’n aanvang worden gemaakt.
bron: Gazet van Limburg, 9 november 1954
Nieuwe bioscoop in Simpelveld
In Simpelveld werd aan de Nyswillerweg door burgemeester Houbiers de eerste spade gestoken van een nieuwe bioscoop. Deze bioscoop wordt gebouwd door de heer van Wersch, exploitant van de tegenwoordige Witte Bioscoop. Het ontwerp is van architect Jongen uit Simpelveld. De werkzaamheden werden uitgevoerd door het aannemersbedrijf Scheeren uit Chevremont. De nieuwe bioscoop zal plaats bieden aan 500 personen. Hij krijgt een lengte van 31 meter, een voorfront van 12 meter en een hoogte van 11 meter. Voorlopig zal er geen speelpodium komen en zal de nieuwe bioscoop slechts gelegenheid geven voor het houden van filmvoorstellingen, ’t Interieur is naar de modernste principes ontworpen. Het volgend jaar Pinksteren hoopt men het nieuwe gebouw te kunnen openen.
bron: De nieuwe Limburger 22 oktober 1955
In 1956 kwam diens vrouw, Berthe Delhaye, ook in de directie van deze bioscoop. Zij bleef dat tot in 1963. In 1964 nam hun zoon René het over die de oude bioscoop sloot. In 1950 waren er 380 zitplaatsen.
De bouwtekening uit 1954 van de nieuwe Witte Bioscoop in Simpelveld zoals die in Rijckheyt, het archief van Heerlen, te vinden is.
Boven de bioscoop was een eengezinswoning gepland. Doordat de aannemer failliet ging en Leike (Leo) alles al betaald had, was er geen geld meer om opnieuw te beginnen.
In die tijd sloot het weiland waar Leike wilde bouwen aan op de achterkant van hotel Maxim, nu BijMaxime geheten. Tegenwoordig staan er in dat weiland veel huizen (afbeelding: Google Maps).
Belasting werd pas verlaagd
Simpelveld spoedig zonder bioscoop
Gebouw wordt ingericht tot sporthal
SIMPELVELD. De enige bioscoop, die Simpelveld rijk is, de „Witte Bioscoop” aan de Vroenhofstraat, gaat binnenkort verdwijnen De eigenaar van het theater, de heer Maxime van Wersch, heeft het huurcontract met diens broer exploitant Leo van Wersch niet verlengd. Voor een periode van tien jaren had Maxime van Wersch, hotelier, de bioscoop contractueel verhuurd aan zijn broer. Op 31 januari 1963 verloopt het contract, dat niet verlengd zal worden. Per deurwaarder heeft Maxime van Wersch zijn broer hiervan op de hoogte gesteld.
Vanaf 1 februari van het komende jaar zal Simpelveld derhalve zijn plaatselijke filmvoorstellingen moeten missen. Of er tezijnertijd een nieuwe bioscoop zal komen is nog een grote vraag. Maxime van Wersch heeft hiertoe wel plannen. Een geschikt terrein is evenwel van beslissend belang. Een nieuwe bioscoop zag hij het liefste opgericht op het ergerlijk braakliggende terrein nabij het huidige theater. Dit terrein is zijn eigendom, doch kan niet van zijn eerder genoemde broer ontvreemd worden overeenkomstig een wettelijke regeling.
Het is derhalve niet te verwachten, dat Simpelveld weldra na de opheffing van het huidige theater een nieuwe bioscoop zal krijgen en dit terwijl de gemeenteraad van Simpelveld enkele weken geleden de bioscoopbelasting met vijf procent had verlaagd
NIEUWE BESTEMMING
Maxime van Wersch is voornemens de bioscoop na de opheffingsdatum deels bij zijn hotel te betrekken en deels in te richten tot sporthal. Onder meer wordt in het gebouw onder de benaming „Liana” een bar ingericht, die geëxploiteerd zal worden door zijn oudste dochter. De zaal zelf wordt geheel veranderd en omgebouwd tot sporthal. De aangrenzende terreinen zullen als oefenterreinen bij de sporthal betrokken worden. Wat er met de inventaris van de bioscoop gaat gebeuren is nog niet bekend.
bron: De nieuwe Limburger 8 november 1962
Met ingang van dinsdag
Geen „bios” meer in Simpelveld
Plannen voor nieuw bedrijf
SIMPELVELD, 8 april (eig. corr) — Op 8 april 1923 werd in de zaal van de familie Van Wersch-Wark aan de kerk voor het eerst een film gedraaid. De titel van die rolprent was „Ten tyde der Cecars”. Heden, maandag, wordt in dezelfde zaal de laatste film — „Patrouille des doods” — gedraaid. Het 40-jarig bestaansfeest van de thans geheten Witte Bioscoop gaat gepaard met het „voorlopig” opheffing van deze bioscoop. Met ingang van 9 april wordt het bedrijf beëindigd.
In 1923 was het mevrouw Van Wersch- Wark, de echtgenote van de heer Jos Van Wersch die het initiatief nam tot het oprichten van een bioscoop in Simpelveld. Bij haar bezigheden in de bioscoop werd zij bijgestaan door haar echtgenoot en haar kinderen. Toen in 1932 de vergunninghouder Jos Van Wersch overleed, werd de bioscoop geëxploiteerd door mevrouw Van Wersch en kinderen. Na het overlijden van de initiatiefneemster werd het bedrijf overgenomen door haar zoon Leo Van Wersch. Deze was geïnteresseerd in ’t bioscoopbedrijf en opende 6 juni 1953 in zaal Goebbels te Bocholtz een tweede Witte Bioscoop. In verband met het overlijden van mevrouw Van Wersch-Wark vond op I februari 1953 een boedelscheiding plaats, waarbij het eigendomsrecht van de bioscoopzaal ten deel viel aan Maxime Van Wersch. Met ingang van deze datum huurde broer Leo voor een termijn van 10 jaar de zaai en de exploitatie van de bioscoop ging ongestoord verder.
Tussentijds heeft de heer L. Van Wersch nog getracht nabij het Oranjeplein een nieuwe bioscoop op te richten, hetgeen echter door te grote financiële consequenties geen doorgang vond.
Einde in zicht
Met het aflopen van de huurovereenkomst kwam ook het einde van de Simpelveldse bioscoop in zicht. De heer M. Van Wersch was wel bereid die bioscoopzaal wederom aan zijn broer te verhuren, maar de financiële voorwaarden van de huurovereenkomst waren voor deze laatste niet aanvaardbaar. Door de overweldigende opkomst van de televisie werden de bioscopen meer en meer verdrongen, terwijl evenwel de lasten minstens gelijk bleven en tijdelijk zelfs hoger werden. Zo verging het ook de Witte Bioscoop. De heer L. Van Wersch, die ruim 30 jaar in het bioscoopbedrijf werkzaam is geweest en sedert 1 juli 1962 exploitant van het hotel Het Zuiden te Simpelveld is voornemens elders in Simpelveld een nieuw bedrijf te stichten. De exploitatie hiervan zal echter mede afhankelijk zijn van o.a. het gemeentelijk belastingpercentage hetwelk thans 20/120 pct bedraagt van de onzuivere opbrengst. Met ingang van dinsdag is Simpelveld dus verstoken van een bioscoop. De gemeenschap Bocholtz, die vóór 1953 steeds naar Simpelveld moest komen, kan gerust zijn. De exploitatie van de Witte Bioscoop in Bocholtz gaat normaal door.
Bron: Limburgsch Dagblad 8 april 1963
Eind april 1963 draaide Leike nog steeds films, maar dan in zijn hotel Het Zuiden in Simpelveld.
De televisie werd steeds populairder. Daardoor moesten steeds meer bioscopen sluiten. In november 1964 schreef de Limburgsch Dagblad Zes Mijnstreek Bioscopen In Twee Jaar Tijds Gesloten. In dit artikel staat als afsluiter de volgende alinea:
Niet lang na de sluiting van de eerste cinema (in Simpelveld) zag het er ook zwart uit voor de Witte Bioscoop in Bocholtz., maar de eigenaar – de heer Van Wersch uit Simpelveld- verklaarde ons gisteren dat de bioscoop in januari waarschijnlijk weer zou openen. Voor de wintermaanden meent hij er nog wel brood in te zien. Op 1 juli 1965 werd het lidmaatschap van de Bioscoop Bond van de Witte Bioscoop in Bocholtz van Leo van Wersch beëindigd.
De bioscoop was aan de Dr. Nolensstraat 7, Bocholtz.