Het verhaal in foto’s van een geslacht.
door Ed Vliegen
Peter Joseph Hubert van Wersch werd als zoon van Johannes van Wersch en Anna Maria Josepha Schlenter op 23 oktober 1844 in het Duitse Forst geboren, een dorpje oostelijk van Aken.
Als Duits soldaat moest Peter (26 jaar oud) meevechten in de Frans-Duitse oorlog, die duurde van juli 1870 tot januari 1871. Die korte oorlog liep uit op een totale nederlaag voor Frankrijk. De 26-jarige Peter kon zich die strijd nog lang herinneren. In die winter leden ze veel honger en kou. Hij vertelde zelf: Wir haben Katzen und Mäuse gefressen. Bij een van de veldslagen werd hij zo zwaar gewond, dat hij aanvankelijk voor dood op het slagveld werd achtergelaten.
In deze oorlog nam ook de vader van Konrad Adenauer deel in hetzelfde legeronderdeel van Peter.
Peter herstelde en op zijn 28ste woonde hij in Vaals waar hij op 13 februari 1873 met Anna Maria Hubertina Lousberg trouwde. Anna zou de maand erna 25 worden. Het echtpaar vestigde zich eerst in Mamelis, bij Vaals, op huisnummer 83. Hoe lang het gezin daar gewoond heeft, is niet bekend. Het is daarna verhuisd naar een boerderij op de Hilleshagerweg in Vijlen.
De familie Peter en Anna van Wersch-Lousberg werd hier altijd aangeduid met de bijnaam A gen Boom naar het gehucht waar zij woonden. Die naam is afgeleid van een groepje bomen dat op de hoek Hilleshagerweg – Mamelisserweg stond. Die bomen zijn in latere jaren gekapt.
Lang konden zij niet van elkaar genieten omdat Anna al op haar 42ste in 1890 stierf. Samen kregen zij veertien kinderen waarvan er, bij de dood van hun moeder, er al twee overleden waren. Peter bleef met twaalf kinderen achter in de leeftijd varierend van 15 jaar voor de oudste en een half jaar voor de jongste. Hoe Peter het redde weet ik niet, maar hij is nooit opnieuw getrouwd. Peter stierf in 1904, hij werd 59. Zijn oudste was toen 28 en de jongste inmiddels 13 jaar. Tien dagen na zijn dood. en slechts één dag voor haar verjaardag, stierf Josefien op 18-jarige leeftijd. Er bleven in 1905 elf kinderen over. Hieronder hun foto’s. Deze elf kinderen kregen 66 nakomelingen.
Van de elf huwelijken bij de familie Van Wersch bleef alleen dat van Mientje met Johan Schmetz kinderloos. De tien andere echtparen kregen 66 nakomelingen, van wie er zeven binnen één jaar stierven. Van die 59 overblijvende kinderen waren er 27 jongens en 32 meisjes.
Op de Siep en Hommerich waren de grootste gezinnen te vinden, beide met twaalf kinderen. Kleine huishoudens waren die van Ida Wiertz met één zoon en van Maria Vandehove met één zoon en één dochter.
De oudste van de kinderen was ut Maria van gen Siep, in 1901 geboren. De jongste, Sjir van Hommerich, zag in 1933 het levenslicht. Daar de meeste leden van de familie Van Wersch tussen 1910 en 1914 in het huwelijk traden, kwam er een grote geboortegolf tussen 1911 en 1920. Er werden in die periode 38 baby’s geboren, van wie zeven in 1914 en zes in 1916.
Gezien het intensieve contact tussen de families troffen neven en nichten elkaar regelmatig. En daar velen van dezelfde leeftijd waren, was het bij feesten vaak een gezellige boel.
In de volgende generatie groeide de familie Van Wersch verder. Er kwamen 162 kleinkinderen in de verschillende takken. Het vruchtbaarst was de tak Van Wersch van Hommerich met 42 kleinkinderen. De familie Wiertz uit de Siep bracht met haar twaalf kinderen maar achttien kleinkinderen voort.
De volgende generatie van de familie Van Wersch telt 276 leden.
Beginnend bij het echtpaar Peter Van Wersch en Anna Lousberg, in 1873 getrouwd, groeide de stamboom in vier generaties gedurende 120 jaar tot 276 personen.
Van een boerenfamilie is geen sprake meer. Van de derde generatie zal hoogstens nog 10% werkzaam zijn in de agrarische sector en de generatie daarna telt nog maar een enkele boer.
De stamboom van de elf kinderen in het kort
De erfgenamen van het overleden echtpaar Jan Willem Lousberg en Joanna Maria Bisschoff verschenen voor de notaris waaronder Pieter Joseph Van Wersch, landbouwer in Vijlen en weduwnaar van Anna Maria Hubertina Lousberg die in eigen naam en als voogd over zijn kinderen optrad, te weten:
1: Maria Josephina Hubertina
2: Anna Maria Hubertina
3: Maria Philomena Hubertina,
4: Pieter Mathijs Hubert
5: Anna Philomena Hubertina
6: Pieter Joseph Hubert
7: Maria Mechtilde Hubertina
8: Maria Josephina
9: Willem Joseph Hubert
10: Maria Ida Hubertina
11: Geertruid Louisa Hubertina
12: Maria Elisabeth Hubertina
Alle erfgenamen verkochten tijdens een openbare veiling de onroerende goederen (een huis en 29 percelen) in Vaals van het overleden echtpaar.
Pieter Joseph kocht drie percelen ƒ 760. Van de 30 percelen werden er 22 verkocht. De niet verkochte percelen werden tegen betaling verdeeld over de belangstellenden.
Pieter Joseph van Wersch, landbouwer in Vijlen, leende ƒ 600 van mejuffrouw August Gerhardhine Nijssen wonende in Gulpen, terug te betalen binnen 10 jaar en jaarlijks 4%. rente. Als borg stelde hij zijn huis met erf met tuin in Vijlen, gemeente Vaals. Zoals gewoonlijk moest hij zijn huis tegen brand verzekeren en de betaalde verzekering ook laten zien aan de geldleenster.
Op 5 januari 1904 overleed in Vaals Peter Joseph van Wersch, 59 jaar oud en weduwnaar van Anna Maria Hubertine Lousberg die al in 1890 overleden was, een half jaar na de geboorte van hun dochter. Zij werd 42 jaar.
Uit het huwelijk werden veertien kinderen geboren waarvan er drie voor het overlijden van hun vader al overleden waren.
Peter was landbouwer in Vijlen, A gen Boom.
Een maand na zijn overlijden kwamen de kinderen bij notaris Van Oppen in Gulpen. Zij hadden een inventaris laten opmaken van alles wat er in en om het huis was. Hierbij werd aan elk voorwerp een waarde verbonden. Die schatting van de goederen werd door haar een jaar jongere broer Mathijs Lousberg gedaan, landbouwer in Mühlenfeld, Vaals.
Hiervoor had hij de vereiste eed voor het Kantongerecht in Gulpen afgelegd. Het hele huis werd ruimte voor ruimte met de spullen daarin benoemd.
In de paardenstal
1: paard: 325,-
2: paard: 280,-
3: paard: 250,-
4: veulen: 200,-
5:veulen: 200,-
6: rugzadel en toom 5,-
7: zes hamen met gebitten 20,-
8: achterhamen 10,-
9: twee zadels met helpen (= zadelriemen) 15,-
10: kopstukken 8,-
11: drie trekzeilen 3,-
12: kettingen 7,-
Op het erf
13: oogstwagen 55,-
14: lange kar met toebehoor 50,-
15: twee slagkarren 70,-
16: waterkar met vat 15,-
17: tilbury met tuig 90,-
18: ploeghamen en woorselen (?) 2,-
19: twee ploegen 15,-
20: twee ijzeren en twee houten eggen 36,-
21: wel 2,-
22: drieschaar stroopmachine 15,-
23: kruiken 5,-
24: aardappelenschoffel en hooivork 3,-
25: werkgereedschappen 3,-
In de schuur
26: dorschmachine met manège en toebehoor 150,-
27: wanmolen met schoffel 10,-
28: schuurgereedschappen 3,-
29: ongedorschen koren 72,-
30: dito tarwe 157,50
31: beestenvoeder 30,-
32: haver 66,-
In de bergplaats
33: kardenmachine en een verlosapparaat 12,-
34: hakwelmachine 10.-
35: aardappelsorteermachine 10,-
36: aardappelreinigings- en hoogingsploeg ? 3,-
37: twee ladders 2,-
38: waterval 0,50
39: brandhout 12,-
40: worstgereedschappen 1,50
41: karoten 30,-
42: slijpsteen en andere zaken 4,-
43: hennen met hanen 85,-
In de koestal
44: dragende koe. 130,-
45: dragende koe 160,-
46: dragende koe 155,-
47: manskoe 120,-
48: dragende koe 135,-
49: gekalfde koe 165,-
50: dragende koe: 140,-
51: manskoe 110,-
52: dragende koe 135,-
53: drie dragende koeien 135 / 145 / 125
56: dragend rund 100,-
57: dragend rund 100,-
58: dragend rund 100,-
59: dragend rund 100,-
60: dragend rund 110,-
61: dragend rund 110,-
62: dragend rund 100,-
63: eenjarig rund 75,-
64: eenjarig rund 55,-
65: eenjarig rund 55,-
66: eenjarig rund 55,-
67: eenjarig rund 55,-
68: kalf 18,-
In de varkensstal
69: twee zeugen 90,-
70: tien scheutelingen (= jonge varkens) 100,-
71: zes biggen 25,-
72: zes vette varkens 200,-
In de kamer
73: klerenkast en commode 40,-
74: glazenkast 20,-
75: twee tafels, vijftien stoelen met rieten zitting, leuningstoel en kapstok 40,-
76: kachel met pijp 6,-
77: koffie en eetservies en bierglazen 10,-
78: schoorsteenornamenten 7,-
79: spiegel en schilderijen 5,-
80: twee tafelkleden en venstergordijnen 6,-
In de keuken
81: twee keukenkasten 3,-
82: twee tafels, acht stoelen, bank en kapstok 10,50
83: twee klokken en rookkar 12,-
84: lamp en schilderijen 1,50
85: fornuis met toebehoren en strijkijzer 8,-
86: ketels, koffiepotten, schuimlepel en wafelijzer 9,-
87: worstmachine, koffiemolen en doos 5,-
88: lepels, messen, vorken en borden 8,-
In de voorste kamer boven
89: twee bedsteden met toebehoren 30,-
90: tafel, kapstok, spiegel, tuinbank, schilderijen 4,50
In een andere kamer boven
91: bedstede met toebehoren 5,-
92: klerenkast, commode en kapstok 10,-
93: tafel, stoelen en kist 16,-
94: schilderijen en spiegel 4,-
95: kachel met toebehoren 5,-
96: venstergordijnen 1,-
In de kinderslaapkamer
97: twee bedsteden met toebehoren 3,-
In de slaapkamer
98: bedstede met matras en toebehoren 30,-
99: commode, wastafel met toebehoren, drie kapstokken en spiegel 4,-
In een andere slaapkamer
100: bedstede met toebehoren en twee kapstokken 1,50
101: linnengoed 18,-
102: drie beddekens 3,-
103: kledingstukken van de overledene 30,-
Op de zolder
104: tafel, kapstok, oude kapstok en andere zaken 2,-
105: kaartplateau en andere zaken 1,-
106: kist met varkensvlees 24,-
107: bascule met gewichten 8,-
108: vruchtenkarretje en bogenschoffel 1,50
109: zichten en zeisen 6,-
110: vruchtenval, zift (= zeef), spade 2,-
111: beestenvoeder 25,-
112: koren 50,-
113: tarwe 1,50
114: klaverzaad 22,50
115: voederhaver 75,-
116: paardenbonen 6,-
117: kokoskoeken 20,-
118: lege zaken 3,-
In de gang
119: centrifuge met toebehoren 130,-
120: botervat en kuip 30,-
121: emmers en gider? gieter? 4,-
122: bank, tafel, en aanrigt (-= aanrecht) 1,50
In het bakhuis
123: molt (= een grote houten bak) met broodplanken 2,50
124: zes korven en vier manden 4,-
125: wasmachine en kuip 3,-
In de waskeuken
126: veevoeder ketel en verbrijzelmachine 10,-
127: vat en twee kuipen 1,-
128: gruis 1,50
In de kelder
129: aardappelen 100,-
130: kaasplanken en opstant (= een dwarsplank) 5,-
131: gedroogde kaas 12,-
132: kuip, kaasbekken en aarden potten 3,50
133: twee lantaren 1,-
Totaal ƒ 6.102,50
Aan geld
940 Mark, 65 pfennig
ƒ 130, 85
Franken 172, 63
Verschuldigd over 1903 aan
1: kleermaker Wauben uit Vijlen: 37 Mark, 50 pfennig
2: Schrouff uit Vijlen voor behandeling vee, 7 Mark
3: molenaar Spritz uit Mamelis 15 Mark en 80 pfennig (bedoeld is A. Spierts-Schijns, handel in veevoeder. Ook nog in 1933 actief.
4: Radermaker Finkers uit Vijlen, 86 Mark, 5 pfennig
5: dokter Schmits uit Aken, 10 Mark (bedoeld is dr. Schmidt die in december 1902 uit Vaals naar Aken verhuisde.)
6: schrijnwerker Bosten uit Hillishagen, 72 Mark, 70 pfennig
7: smid Ophelders uit Vijlen, ƒ 55,43 (bedoeld is hoefsmid Winandus Josephus Ophelders uit Vijlen, getrouwd met Hubertina Straeten (xxxx-1939)
8: smid Beckers uit Vijlen ƒ 29,07) (bedoeld is H. Beckers uit Vijlen)
9: firma Brand, stoombierbrouwerij in Wijlre ƒ 37,62
Deze rekeningen zijn betaald met het geld bij het overlijden aanwezig, net als de volgende kosten.
Begrafeniskosten
1: Diverse begrafeniskosten ƒ 4,57 en ƒ 4,36
2: rekening voor de doodsbrief en doodsprentjes van de Sint Camilrio Drukkerij te Vaals (bedoeld is Sint Kamillus drukkerij, van de paters Kamilianen wonend in Esch bij Vaals). 33 mark, 87 pf
3: lijkkist van Finken, 25 Mark
4: aan Schijn voor geleverd meel.
Schulden aan
1: Begrafeniskosten door de heer Pastoor met inbegrip van de waskaarden ƒ 100,-
2: dokter Schouteten uit Vaals 105 mark. (Hij was in 1902 arts in Borgharen en in 1902 tot gemeentegeneesheer benoemd. J.C.L Schouteten, gediplomeerd apotheker, chemicus en arts.
3: Apotheker Gusgens uit Vaals ƒ19,- (bedoeld is Jan Leonard Gusgens, apotheker, kerkmeester, gemeenteraadslid, lid van de Kamer van Koophandel. Overleden Vaals 1 december 1916, 78 jaar)
4: Zadelmaker Hoen uit Mechelen ƒ47,86
5: Schoenmaker Snoeck uit Mechelen ƒ58,49
6: Veearts Pinkers uit Gulpen ƒ10 (bedoeld is rijksveearts Jacques Henri Pinckers (1838-1922), wethouder in Gulpen, in 1905 Statenlid. Hij was getrouwd met Maria Anna Catharina Goossens).
7: Schoenmaker Klein uit Holset 98 mark en 10 pfennig (is H. Klein)
Verschuldigd wegens geleend geld
1: aan notaris Van Oppen uit Gulpen 200 mark
2: aan mejuffrouw Eijssen uit Gulpen ƒ600,-
Comparanten verklaarden tot deze inventaris mede te werken.
1: Maria Josephina Hubertina van Wersch
2: Anna Maria Hubertina van Wersch
3: de heer Joseph Wiertz.
Volgens de heer Wiertz moest er nog een velocipède zijn en ook nog een leuningstoel. Anna Maria vermeldde echter dat deze velo eigendom was van de heer Wiertz. De leuningstoel was van haar.
Verder zei hij dat de paarden en de koeien te laag geschat waren, net zoals het paardentuig, hetgeen de schatter ontkende.
De geïnventariseerde goederen werden door Pieter Mathijs Hubert van Wersch en Maria Josephina Hubertina van Wersch bewaard die zich daarmede belast hebben en verklaren die te zullen opleveren waar het behoort.
Op 25 maart 1904 kwamen de erven van het echtpaar bij notaris Van Oppen uit Gulpen:
1: Hendrik Joseph Wiertz, landbouwer en gehuwd met Anna Maria Hubertina van Wersch, wonend in Holset. Apart dat de notaris haar naam verkeerd opschreef of doorkreeg want Wiertz was met haar zus getrouwd: Anna Philomena Hubertina van Wersch. De genoemde Anna Maria Hubertina van Wersch was een jaar na haar geboorte in 1874, overleden
2: Ook verscheen Jan Willem Auguste Schrouff als voogd over de zeven minderjarige kinderen. Deze Schrouff was gehuwd met Anna Barbara Lousberg, de zus van de moeder van de kinderen. Willem Schrouff was dus de oom van de kinderen waarover hij voogd was.
Het voogdijschap begon met Pieter Joseph Hubertus van Wersch, geboren in 1882 en vervolgens over alle kinderen erna.
3: Pieter Mathijs Hubert van Wersch, landbouwer in Vijlen gemachtigd door zijn zussen Maria Josephina Hubertina en Anna Maria Hubertina van Wersch, landbouwers in Vijlen.
4: Jan Schmeets, schreef de notaris, maar de juiste naam was echter Johann Schmetz. Hij was landbouwer in Lontzen (Herzogenrath) als man en gemachtigde van Maria Hubertina Philomena van Wersch. Ook hier was de notaris slordig, of diegenen die dat tegen hem zeiden. Johann Schmetz was getrouwd met Maria Philomena Hubertina van Wersch.
Er werd opgemaakt wat er aan roerende en onroerende goederen waren.
1) vee, akkergereedschap, huismeubelen ƒ 6.102,-
2) aan liggende geld ƒ 778,01
3) Vruchten op het veld ƒ 25,62
4) Renteloze vordering aan het echtpaar Schmetz ƒ 120,-
5.1) Huis en erf met tuin en boomgaard, hooiland
Weilanden, bouwland in Vijlen ƒ 7.025,63
5.2) Bouwland in Wittem in Hilleshagen 232 ƒ 6.450,82
totaal ƒ 13.476,45
Passiva
1) Begrafeniskosten ƒ 161,63
2) Lopende schulden, huren en pachten ƒ 537,81
3) Lening met interest ƒ 749,91
Totaal ƒ 1.449,35
Batig saldo: ƒ 12.027,10
Alles werd verkocht en onder de twaalf kinderen verdeeld.
De Eerste Wereldoorlog 1914-1918 ging toch niet voorbij aan een deel van Nederland. Hoewel Nederland zich neutraal verklaard had, kreeg het natuurlijk wel te maken met de oorlog. Het al vóór 1912 opgestelde aanvalsplan van de Duitse generale staf voorzag een doortocht van hun troepen door Nederlands-Limburg om het Belgische achterland te bereiken. Maar de neutraliteit van Nederland respecterend besloot men vlak onder onze grens door te gaan. Daarvoor trok Duitsland rond Aken een troepenmacht van meer dan een half miljoen soldaten samen en rond Eupen een leger van 120.000 soldaten.
Op dinsdag 4 augustus 1914 om 2 minuten over acht ‘s morgens overschreden de eerste Duitse soldaten de grens bij Gemmenich. Een onafzienbare stoet infanterie, cavalerie, auto’s, veldgeschut en foerage-eenheden trok daarna over de smalle wegen richting Maas en Luik.
Het Belgische leger onder aanvoering van koning Albert verzette zich moedig tegen de brute overval. De Duitsers, die geen tegenstand hadden verwacht, reageerden op een verschrikkelijke manier. Burgers werden opgepakt en gefusilleerd. Huizen en gebouwen, ja zelfs hele plaatsen zoals Visé en Leuven, werden platgebrand. De streek leed erg onder het oorlogsgeweld. In Battice vielen 23 slachtoffers onder de burger bevolking en werden 146 huizen in de as gelegd. In Herve kwamen 38 mensen om en gingen ongeveer 300 gebouwen in de vlammen op. In de Belgische volksmond werden de Duitse cavaleristen Ulahnen genoemd, omdat ze deden denken aan de barbaarse tartaarse ruiters.
Nederland bleef neutraal en sloot zijn grenzen af om te voorkomen dat het land in de oorlog betrokken zou worden. De Duitsers maakten later van de grens een onneembare barrière: noch Duitse noch Belgische onderdanen mochten over de grens vluchten. Duitsers zouden zich zo aan de krijgsdienst kunnen onttrekken, terwijl Belgische mannen het geallieerde leger zouden kunnen versterken. Zowel in Nederland als in België moesten familieleden in dienst.
Het blijkt dat ook Joseph Munnix (getrouwd met Mechtilde van Wersch) en zijn zwager Willem van Wersch in Nederlandse dienst waren. Mechtilde Munnix schrijft in het Duits, zoals toen gewoon was, aan haar man, die dan in Valkenburg gelegerd is, het volgende:
Montag den 14. 9. 14.
Liebster Joseph.
Liebster Joseph bin gestern nach Vijlen gewesen nach unsere liebe Heimat und nach unsere gute Mutter Schwester und Tante welche Dir alle von mir grüssen lassen und bin auch in Panhaus gewesen und habe mein Bruder Wilhelm wieder gesehen, der war aber dick geworden und war gantz fremd
den Er hat sich den Snurbart abgetahn. Liebster Joseph, Wilhelm hat vier Tage um bei seiner Frau zu bleiben, von Samstag bis an Dienstag. O das währ auch eine Freude für uns nicht wahr liebster Gatte, wenn wir noch mals so lange beisammen bleiben könnten. O wie freue ich mich Dich balt wieder zu sehen, ich werde mir heute das kleine Tinge holen. Wilhelm wahr auch sehr froh wen ich das für seine Frau tuhen wolte, ich habe gestern deine liebes Briefgen erhalten und Alfons wird die Äpfel früher pflücken.
Nun in der Hofnung das Dir dieses Kärtgen genücht verbleibe ich in der beste Gesundheit wie ich auch von Dir hoffe. Deine Dich liebende Frau Mechtilde. Die herzlichsten Grüsse und Küsse bis auf Wiedersehen.
Maandag de 14e september 1914
Liefste Joseph
Liefste Joseph ben gisteren naar Vijlen geweest naar ons dierbare thuis en naar onze moeder, zuster en tante die jou allemaal via mij laten groeten en ben ook in Panhuis geweest en heb mijn broer Willem weer eens gezien, die is echter dik geworden en was onherkenbaar omdat hij een snor en een baard had laten staan. Liefste Joseph, Willem heeft maar vier dagen om bij zijn vrouw te zijn, van zaterdag tot aan dinsdag. O, dat zou voor ons toch ook fijn zijn, nietwaar liefste echtgenoot, als wij ook zolang bij elkaar konden blijven. O, hoe verheug ik mij erop om jou snel weer te zien, ik ga vandaag de kleine Tientje halen. Willem was ook erg blij dat ik dat voor zijn vrouw wilde doen, ik heb gisteren je lieve brief gekregen en Alfons zal eerder de appels gaan oogsten.
In de hoop dat je deze kaart je plezier doet verblijf ik in de beste gezondheid zoals ik ook hoop van jou. Jouw liefhebbende vrouw Mechtilde. De hartelijkste groeten en kussen en tot ziens.
De familie Munnix woonde in Raren, een gehucht westelijk van Vaals, bij kasteel Vaalsbroek in de buurt. Toen deze boerderij deels afbrandde, verhuisde het gezin naar Hommerich in de gemeente Wittem. Mechtilde nam waarschijnlijk das kleine Tinge (= Tienchen) mee naar huis, omdat Louise van Wersch, de vrouw van Willem, al vlug zou bevallen van haar vierde kind.
De stamboom wordt in mannelijke afstamming doorgezet door drie zonen van dit echtpaar: Mathieu. Pierre en Willem.
Bij zijn huwelijk was hij 31 jaar en landbouwer. Hij tekende de huwelijksakte met Van Wersch, terwijl de ambtenaar Vanwersch had geschreven.
In 1931 verkocht hij een deel van zijn land aan de gemeente voor de uitbreiding van de kiezelgroeve die aan zijn land grensde. Hij verkocht 600 m² voor de prijs van ƒ 317,70. Dit was nodig met het oog op het verschaffen van werkgelegenheid aan werklooze arbeiders.
Het echtpaar kreeg vijf kinderen, waarvan er één met vijfjarige leeftijd overleed. Drie zonen groeiden verder in de stamboom.Mathieu overleed in 1948 en Tientje overleed in 1967. Hij werd slecht 68 jaar en zij 80.
Peter Joseph Hubert (Pierre) van Wersch werd ook in Vijlen op 11 april 1882 geboren. Hij trouwde in het Belgische Voeren op 25 april 1911 met Maria Hubertine Janssen. Zij was in Baelen in 1880 geboren. Pierre overleed in 1960 en zijn vrouw in 1966.
Pierre was landbouwer in zijn woonplaats Vaals. Zij kregen acht kinderen waarvan er drie op jonge leeftijd overleden. Drie zonen groeiden ook verder in de stamboom.
De laatste zoon van het echtpaar was Willem Josef Hubert van Wersch. Hij werd in Mamelis, bij Vaals, in 1887 geboren en vanaf 1932 landbouwer op hoeve Hommerich. Toen hij in dienst moest had hij opgegeven speldenmaker te zijn, een typisch Vaals beroep vanwege alle lakenfabrieken die daar waren. Hij trouwde in 1911 met Louise Jaminon die in het Limburgse Mechelen in 1887 geboren was. Willem overleed in 1965 en Louise, plots in 1951. Zij was pas 64 jaar.
Het gezin telde zeventien kinderen, waarvan er zes op zeer jonge leeftijd overleden waren. Acht zonen groeiden verder in de stamboom.
Dit artikel werd geschreven door Ed Vliegen, kleinzoon van het echtpaar. Hij schreef uitgebreid over zijn familie. Klik hier voor deel I van zijn verhaal Ed Vliegen. Totaal schreef hij vijf delen.
Klik hier voor Peter van Wersch in de Kerkraadse Tak.