In de Staatscourant van januari 1916 stond een nieuwe wet gepubliceerd. Het was de wet van 31 december 1915 houdende tijdelijke bepalingen betreffende het vervoer en de nederlage van goederen. De wet kwam hierop neer dat iedereen die goederen wil door- of uitvoeren een paspoort moest hebben. De nieuwe wet was een wet tegen smokkel.
In de wet stond onder andere:
De binnenlandsche paspoorten vermelden:
Het waren Maatregelen tegen den smokkelwaar. Een van de maatregelen was dat er een gebied van 500 meter vanaf de grens werd vastgelegd waar niemand mocht komen zonder geldig bewijs. Dit werd bekend als de 500 meterstrook. Deze wet werd in 1919, 1925, 1946, 1947 aangepast aan de tijd. Kwam je in dat verboden grensgebied, dan riskeerde je een boete. In 1937 werd iemand beboet. Hij moest ƒ 30,- betalen (ca. € 14,-) of vijftien dagen in hechtenis doorbrengen. In 1948 werd iemand uit Brunssum bekeurd met zes dagen hechtenis. Hij ging in hoger beroep en de rechter bepaalde dat hij of ƒ 30,- moest betalen of vijftien dagen het gevang in moest.
Dus had Herman van Wersch een verblijfsvergunning nodig (foto 1) omdat hij keurmeester voor Limburg was.
De tekst op de Verblijfsvergunning voor de 500-meterstrook: krachtens art 2, letter F der beschikking van den Minister van Financiën dd. 20 mei 19436, No. 184.
Mensen in de Nieuwstraat in Kerkrade (foto 2) hadden helemaal een probleem. Door het midden van de straat liep over de hele lengte de grens met Duitsland. Dus links woonden de Duitsers en rechts de Nederlanders. De wet werd voor de grensgebieden in maart 1951 deels opgeheven. Men mocht nu tussen zonsopgang en een half uur na zonsondergang in het grensgebied zich bewegen. In 1954 werd de wet helemaal opgeheven.
Herman van Wersch (34 jaar) had echter in die tijd een Verblijfsvergunning voor de 500 meterstrook.
Aan de binnenkant van deze Verblijfsvergunning stond:
Door den inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen te Roermond wordt de hiervoren bedoelde vergunning verleend aan
Naam: H.H. van Wersch, pers. bew: K17 001332,
wonende te: Valkenburg, Houthem 228
geboren te: Klimmen, den 1-1-1912
Een en ander onder de volgende voorwaarden en beperkingen:
geldig tot zeventien October 1946
Uitsluitend geldig in de gemeenten gelegen in de provincie Limburg.
No 31. Afgegeven 17 juli 1946
Deze verblijfsvergunning was nodig omdat Herman keurmeester van de Nederlandsche Algemeene Keuringsdienst (de N.A.K.) voor Limburg was (foto3 en 4). Hij keurde het graan bij de boeren. Er waren vijf mannen voor Limburg: de andere heren waren Van Hensberg uit Roosteren, Horrichs uit Holtum, Van Ophoven uit Echt en Vroemen uit Schimmert.
De NAK was in 1932 in Wageningen ontstaan uit een fusie van het Centraal Comité en het Keuringsinstituut voor zaaigraan, zaaizaad en pootgoed (K.I.Z.). In 1942 werd de NAK opgeheven en gelijkertijd werd de NAK voor landbouwzaden en aardappelpootgoed opgericht. Er kwamen nu twee afdelingen: NAK B voor de boomkwekerij en NAK G voor groentenzaden.
Om te boeren te bereiken reed hij motor. Daarvoor had je toen rijbewijs B nodig voor het besturen van motorrijtuigen op twee wielen.
Pas op zijn 55ste kreeg hij een autorijbewijs (foto 5).
Als jongeman moest hij natuurlijk ook in dienst. Daarom werd hij eerst gekeurd. Na de keuring, die goed verlopen was, vierde hij met zijn kameraden het feit dat zij in dienst “mochten”. En daar werd een foto van gemaakt. Herman zit rechts met een paraplu in zijn handen. De foto is uit 1932.
Herman sloot zich in 1932 als vrijwilliger aan bij de Landstorm:
Een korte geschiedenis van de vrijwillige landstorm,
1913 – 1940
Voorgeschiedenis
Op 28 april 1913 werd de Landstormwet aangenomen. De Landstorm werd oorspronkelijk opgericht als reserve voor leger en landweer. Tot de Landstorm behoorde volgens artikel 2 van voornoemde wet diegenen die vrijgesteld of uitgeloot waren van dienst bij de militie en, tot de leeftijd van veertig jaar, landweerplichtigen na het vervullen van de diensttijd. Ter uitvoering van de Landstormwet werd op 12 juni 1913 het Landstorm-besluit vastgesteld. Hierin werd in artikel 53 de mogelijkheid geopend tot een vrijwillige verbintenis.
De Vrijwillige Landstorm was een mobilisatie-instituut en vormde een onderdeel van het gemobiliseerde leger.
Op 1 januari 1915 werd de Inspectie van de Vrijwillige Landstorm ingesteld. De Instructie van de Inspecteur werd (voorlopig) vastgesteld in 1920. Hij stond rechtstreeks onder bevel van de minister van Oorlog. In 1920 werd ook de Vrijwillige Landstorm beschikking afgekondigd. De afdelingen, waarin het Vrijwillig Landstormkorps was ingedeeld, stonden onder commando van een Territoriale, dan wel een Stelling- en Liniecommandant. Een van de bijzondere korpsen was het Vrijwillig Landstormkorps Motordienst dat opgericht werd op 27 januari 1920.
bron: Inventaris van het archief van de Inspecteur en de Commandanten van Diverse Korpsen van de Vrijwillige Landstorm, 1919-1940 (1942)
Auteur: H.E.M. Mettes
Nationaal Archief, Den Haag 1994
Hierboven staan twee foto’s van de gele stamkaart van Herman Hubert van Wersch. Daar staat op waar en wanneer hij geboren is, wie zijn ouders zijn en wanneer hij ingelijfd i.p. (in persoon) is. In zijn geval op 8 februari 1932 bij het 13e regiment infanterie.
Daaronder staan zijn verlofdata. Hieruit blijkt dat hij telkens maar enkele weken in september “onder de wapenen” was. Pas in april 1939 werd hij opgeroepen om dienst te doen. Na dertien maanden kwam hij in juni 1940 terug naar huis, in Klimmen waar hij landbouwer was. Op de achterkant staat dat hij van 31 augustus 1930 t/m 7 februari 1932 verbonden was geweest V.L.S. laatstelijk L.S.V Maastricht.
Onderaan de kaart staat nog A.P.I. 72c. API staat voor Algemene Praktische Intelligentie. VLS en LSV betekenen: Vrijwillige Landstorm en Landstorm Verband Maastricht.
Rechts het legitimatiebewijs van Herman van Wersch, ten behoeve van opkomst bij de Afdeeling van den Bijzonderen Vrijwilligen Landstorm te Klimmen. Rang: Soldaat, Gediend bij 13 Reg. Inf.
Rechts staan diverse bepalingen als:
uniform, kostwinnersvergoeding, maatregelen bij invaliditeit en overlijden en kosten vervoer. Het legitimatiebewijs sloot af met: Dit bewijs bij Landstorm-Mobilisatie medenemen, benevens voor minstens één dag mondvoorraad.
In mei 1940 vielen de Duitsers Nederland binnen. Het 13e Regiment Infanterie waar Herman als ordonnans deel van uitmaakte lag op de Peel-Raamstelling in Brabant. Door de sterke opkomst van de Duitsers blies het regiment ook hier de aftocht. Ieder voor zich ging zijns weegs. Vele soldaten wilden naar Frankrijk om zo naar Engeland te gaan. Ook Herman trok deels te voer, deels met vervoer, naar Frankrijk waar hij halverwege mei 1940 in Duinkerken aan kwam.
Het volgende komt van de website www.zuidfront-holland1940.nl.
Alle soldaten die daar waren aangekomen werden in de kazerne gehuisvest. De Franse commandant wilde dat de Nederlanders vertrokken en vond een schip dat hen naar Vlissingen zou brengen. Het was de Pavon. 1450 man werd aan boord gebracht. Vlissingen bleek geen veilige haven te zijn. Het schip zette op 20 mei koers voor La Rochelle. Maar in de nacht viel een vliegtuig van de Luftwaffe aan en liet zijn bommen vallen. De Pavon werd geraakt waarbij vijftig man overleed en er honderd gewonden waren. De kapitein kon nog naar de kust varen waar hij het schip op het strand zette. Met touwladders klommen de overlevenden eruit. Die werden door de Duitsers gevangen genomen en op 26 mei vrijgelaten. Zij moesten te voet terug naar Nederland.
Ook Herman was aan boord van de Pavon geweest. Lang was onzeker waar de soldaten gebleven waren. Het thuisfront had helemaal niets meer vernomen. Zijn ouders wisten niet beter dat hij wellicht bij de inval doodgeschoten was.
Groot was dan ook de verrassing dat hij vanuit Duinkerken terug was komen lopen. De krant schreef op 11 juni 1940 hierover.
Herman trouwde in 1945 met Miet Thewessen (1915-1972). Hij woonde op de Huiskenshof in Klimmen en zij woonde in Houthem. Zij kregen vijf kinderen.
Later werd hij magazijnmeester bij de Limburgse Land- en Tuinbouwbond aan het Bassin in Maastricht, een bedrijf dat granen voor duivenvoer mengde. Daar vierde hij ook zijn 25 jarig jubileum.
Naar aanleiding van de publicatie van deze speciale websitepagina over Herman van Wersch, die alleen gemaakt kon worden na gesprekken met zijn familie, verscheen in het blad Markant, een magazine dat in Zuid-Limburg verschijnt, in januari 2018 een interview met Huub, de zoon van Herman, die over zijn vader en de Pavon vertelde. Op de foto rechtsonder houdt Huub een print van de websitepagina vast. In het artikel wordt ook de website www.warsage.nl genoemd.
Klik hier voor Herman van Wersch in de Simpelveldse Tak.