Genealogische website Warsage

Schietbaan Veenhuizen

Schietbanen en schietvereniging Veenhuizen
1887 – 1908

De eerste of oude Rijksschietbaan van Veenhuizen is door het Departement van Justitie aangelegd in 1887 en werd vrijwel direct daarna in gebruik genomen door de vijftig marechaussees die in Veenhuizen gedetacheerd waren. De marechausseekazerne aan de Hospitaallaan kwam een jaar eerder al gereed. De baan had een lengte van ongeveer 100 meter en was ongeveer 5 meter breed. De baan lag vrij ver verwijderd van het woon-werkgedeelte van Veenhuizen.

 

schietbaan veenhuizen
Restanten eerste schietbaan. Foto: M. Walters

De schietbaan was gelegen ten zuiden van Veenhuizen vlakbij de provinciale grens tussen Drenthe en Friesland, tussen de plaatsen Veenhuizen en Fochteloo in. De coördinaten zijn:53.003686, 6.395462. Op een luchtfoto van Google Maps zijn de contouren van deze schietbaan nauwelijks waar te nemen. Bij observatie ter plaatse is wel de voormalige bebouwing en de kogelvanger te zien. Zie onderstaande foto voor wat betreft de bebouwing zoals die in 2010 nog te zien was. De afstand tussen de kruising Norgerweg en Hoofdweg naar de schietbaan bedraagt 2,5 km. Dit was een op ‘manschappen uitputtende’ afstand want vanaf de kazerne kwam daar nog eens 3 km bij.

 

Na vijftien jaar voldeed de schietbaan qua veiligheid niet meer aan de eisen van de tijd. Daarom besloot het Departement van Justitie een nieuwe baan aan te leggen op voorwaarde dat die nieuwe baan in ieder geval dichter bij Veenhuizen moest kunnen liggen.

 

Nieuwe Rijksschietbaan
In 1902 werd een nieuwe schietbaan aangelegd. Via Google Maps is de baan op een luchtfoto uit 2016 terug te vinden door de volgende coördinaten in te toetsen:53.028174, 6.381675. Duidelijk zijn de afstandswallen en de kogelvanger te zien. Tevens is er enigerlei vorm van bebouwing te ontdekken. Na bezoek aan de locatie bleek er nog een schietpoort en een houten lokaal, het wachthuis met kantine en toiletruimte te staan. Het blauwe kruis op de blinden geeft aan dat er een eerstehulppost aanwezig was. Deze schietbaan ligt vlakbij de ijsbaan ‘De Kweek’.

Renovatie
Na een paar jaar (intensief) gebruik van de nieuwe schietbaan is in 1906 door Justitie vastgesteld dat deze toe was aan renovatie. Vernieuwde veiligheidsvoorschriften en een baanverlenging waren mede de reden voor een gerenoveerde schietbaan. De maximale lengte van de baan mocht niet boven de 150 meter uitkomen omdat anders de gemetselde schijvenloods verplaatst moest worden. De leiding voor deze renovatie werd opgedragen aan J.J. de Rooij. Hij was van 1902 tot 1909 onderdirecteur Beheer van het tweede gesticht waar de schietbaan qua gebied onder viel. De schietbaan werd toen uitgerust met de zogenaamde ‘schijfinrichting Veltman’. Bij deze inrichting hoorde ook een gebouwtje waarin de schietschijven konden worden opgeborgen, het schijvenhuis of schijvenloods.

 

De schijfinrichting Veltman is in 1885 door luitenant J.B. Veltman ontwikkeld. Doel was de veiligheid van de waarnemers te waarborgen. Voor 1885 klommen de waarnemers nog uit hun waarnemingskuil naast de kogelvanger (de laatste zeer hoge zandwal) om de resultaten van de schietoefening op de schietschijf te beoordelen. Niet zelden gebeurde daar ongelukken mee omdat meerdere schietlanen naast elkaar in gebruik waren.


Een schietbaan bestond uit meerdere schietlanen. Bij de schijfinrichting Veltman bleef het team van waarnemers in de waarnemingspost. Vanuit die waarnemingskuil of hut konden zij de schietschijf na elk schot over rails naar zich toe halen om zo de schietvaardigheid van de schutter te controleren. Het was een ijzeren stelling waarin de schietschijven heen en weer werden bewogen. In 1890 werd deze schijfinrichting voorgeschreven voor alle schietbanen van het leger.

schietbaan veenhuizen
Wachtlokaal tevens kantine, eerstehulppost en toiletruimte bij de nieuwe schietbaan (eigen foto)
michiel van wersch
Waarschuwingsborden bij de schietbaan (eigen foto
schietbaan veenhuizen
Terrein van de schietbaan

Door de renovatie die uiteindelijk in 1907 plaatsvond, werd de baan volgens een mededeling in het Nieuwsblad van het Noorden op 1 juli 1907 omgetoverd tot ‘een modelbaan ingericht volgens de eischen des tijds’.
Daags voor de opening werd de baan op veiligheid gecontroleerd door de directeur van de ‘Normaal Schietschool’ (N.S.S) in Den Haag, de heer J. Vervooren. De N.S.S. was het nationale schietopleidingscentrum voor officieren en onderofficieren en had tot doel de schietvaardigheid en de omgang met moderne wapens te verbeteren. Zij waren ook verantwoordelijk voor inspectie van de Rijksschietbanen op het gebied van veiligheid en inrichting.

schietbaan veenhuizen
Koninklijke toestemming. Bron: Drents Archief

Schietvereniging ‘Generaal van den Bosch’
Vanwege de aanwezigheid van een Rijksschietbaan werd er in Veenhuizen in 1895, acht jaar na de ingebruikname van de eerste schietbaan, een schietverenging opgericht. De naam van deze vereniging was: ‘Generaal van den Bosch’.

 

Generaal Johannes van den Bosch was de initiatiefnemer en oprichter van de Maatschappij van Weldadigheid waar Veenhuizen tot 1859 deel van uitmaakte. De vereniging had in juni 1895 een vergunning tot het recht van vereniging verkregen van koningin Emma. De statuten van de vereniging vermeldden dat de vereniging was opgericht voor de duur van bijna twintig jaar, tot 5 februari 1913.

 

De statuten vermeldden ook een contributie van 15 cent per maand en een eenmalig bedrag van 25 cent. Het overkoepelend orgaan voor Nederlandse schietverenigingen was de ‘Nederlandsche Bond voor Oud-Onderofficieren’.

 

Het eerste bestuur bestond uit voorzitter M. Hartt (winkelier), secretaris-penningmeester S.G. van Veen (wagenmakersbaas) en de (baan)commissarissen J. van Buuren (hoofd zaal­opziener) en H.J. Endendijk (brigadier-majoor). Zij werden in 1905 opgevolgd door voorzitter H. Pietersma, secretaris-penningmeester J. de Weerd en (baan)commissaris S. Bruinsma. De eerstgenoemde ambtenaar was magazijnmeester, de tweede assistent-boekhouder en de commissaris had de functie van marechaussee/zaalopziener. Het bestuur schreef elke maand een ledenvergadering uit. Normaal gesproken waren ongeveer twintig leden aanwezig. De vereniging telde in 1905 64 leden.

 

Schietverenigingen ontstonden in Nederland vanaf ongeveer 1850 met het doel de schietvaardigheid van hun leden, man of vrouw, te verbeteren. Dit zou volgens ‘De Scherpschutter’, het blad van de Nederlandse schutterij, ‘s-lands weerbaarheid vergroten. Deze verenigingen ontstonden als gevolg van een besluit van Koning Willem III om in 1851 de eerste nationale schietwedstrijd uit te schrijven. Burgerindividuen konden alleen in verenigingsverband deelnemen.In het eerste decennium na 1900 zouden veel schietverenigingen in Nederland weer verdwijnen door de verminderde belangstelling om lid te worden.

Iedereen die een geweer, karabijn of flobert bezat kon lid worden van de vereniging mits men zestien jaar of ouder was. Van wasbaas tot directeur en van hoeveknecht tot commies. De leden van de vereniging konden eens per week op woensdag gebruikmaken van de baan.

 

Voor schietwedstrijden (schietconcours) kon men meerdere aaneengesloten dagen beschikken over de baan. Op de andere dagen oefende de marechaussee en vanaf 1942 de Gestichtswacht hun schietvaardigheden.

schietbaan veenhuizen
Verenigingsstempel. Bron: Drents Archief .

Opvallend voor die tijd was dat in 1907 op een van de ledenvergaderingen werd besloten dat er een verbod moest komen op roken tijdens de concoursen.

 

Tijdens het schieten werd rook als verstorend ervaren. Het voorstel voor het rookverbod werd geïnitieerd door W. Beekman, onderdirecteur. De hele discussie over het roken duurde echter drie jaar voorafgaand aan het besluit dat uiteindelijk in 1907 kwam. De vereniging was financieel kerngezond en voor die tijd eigenlijk ‘steenrijk’. In 1907 bedroeg het kassaldo ƒ 28.000,-. Het jaar daarop slechts duizend gulden minder. Vandaar dat het bestuur van de gemeente Norg, waar Veenhuizen deel van uit maakte, een subsidieaanvraag van ƒ 50,- per jaar afwees.

 

Na deze afwijzing wendde het verenigingsbestuur zich tot het Departement van Oorlog met dezelfde subsidieaanvraag. Het departement kende de subsidie wel toe aan de schietvereniging.

 

Na de boven besproken renovatie van de schietbaan meldden zich steeds meer leden aan en bloeide de vereniging als ooit tevoren. Zo kon in augustus 1907 met geweldig succes een vierdaags concours worden georganiseerd dat werd afgesloten met een groot feest in een feesttent. Die feesttent werd voor deze gelegenheid, met ontheffing van de hoofddirecteur, bij de schietbaan neergezet. Aan het begin van het heropeningsfeest heette H. Pietersma de menigte van harte welkom. Hij riep de menigte een hartelijk welkom toe.

 

Na dat gezegd te hebben nodigde hij de heer J. Bientjes uit om een ‘waarlijk belangrijke mededeling’ te doen. Bientjes, waarnemend hoofddirecteur van de gestichten en directeur van het tweede gesticht, meldde toen dat de schietvereniging ‘Generaal van den Bosch’ een ‘schitterend figuur’ had geslagen bij de nationale schietwedstrijden. Een zilveren plak!

schietbaan veenhuizen
Een van de twee vlaggenmasten ter beveiliging van de schietbaan (eigen foto).

Een dergelijk vierdaags concours zou nog vaak herhaald worden door de vereniging. Pietersma zelf was trouwens geen onverdienstelijk schutter gezien de vele prijzen die hij in de wacht sleepte. Een van de onderdelen van een dergelijk concours was het kamerschieten. Het oefenen met het kamerschieten werd kortweg KSO (kamerschietoefening) genoemd.

 

Het kamerschietenis eenvolksgebruikdat vaak gebruikt wordt bij ceremonies, het dient dan als een soort saluutschoten. De kamers zijn oorspronkelijk kruitkamers, dit zijn gietijzeren potten met een grote opening aan de bovenkant (het boorgat) en een kleinere opening aan de zijkant (de ontstekingsopening of het zundgat). In deze metalen cilinders zit een lading zwart kruit en die wordt afgevuld met leem. De aangestampte leem schiet naar buiten als de kamer wordt afgevuurd, wat een harde, doffe knal veroorzaakt.

 

Voor elk schietconcours werden schriftelijk andere schietverenigingen uitgenodigd. Al snel bleek dat het vervoer van Assen naar de Veenhuizer schietbaan een probleem opleverde. Daarom heeft het bestuur de hoofddirecteur verzocht een dienstrijtuig ter beschikking te stellen om andere schietverenigingen in staat te stellen het geïsoleerde Veenhuizen te bezoeken. Dit verzoek werd direct ingewilligd.

 

Van af 1908 was de beschermheer van de vereniging de hoofddirecteur van de gestichten in Veenhuizen, de heer J.C. Duburg. Hij volgde daarmee J.H.P. Gallée op die ook hoofddirecteur was. Duburg werd weer opgevolgd door F.M. van Spengler, ook hoofddirecteur. Alle drie de heren stelde regelmatig prijzen ter beschikking voor het jaarlijkse schiettoernooi.

Ten slotte
Tot hoelang de schietbaan in gebruik is geweest is niet helemaal duidelijk. Evenmin is de opheffingsdatum van de vereniging mij onbekend gebleven. Er is nog een publicatie geweest in het Nieuwsblad van het Noorden uit 1938 dat door de schietvereniging prijzen werden uitgereikt voor een gehouden schietwedstrijd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het schijvenhuis incidenteel gebruikt om daar de door de Engelsen gedropte wapencontainers tijdelijk op te bergen.


De inhoud van deze containers was bestemd voor de K.P (knokploeg) Noord-Drenthe. In het boekje ‘Veenhuizen tijdens de Tweede Wereldoorlog’ van o.a.R. Faber en G. de Wilde wordt melding gemaakt van het feit dat de schietbaan in de Tweede Wereldoorlog niet in gebruik was. Na de oorlog werd de baan weer in gebruik genomen. Rond 1955 werd de baan alleen gebruikt door de Gestichtswacht van Veenhuizen die zich oefende in het revolver schieten.

 

In een krant uit 1968 werd geadverteerd dat een gemetseld gebouwtje van 3,5 x 5 meter dat stond bij de schietbaan, ter verkoop werd aangeboden.

De schietbaan is nu nog toegankelijk via een moeilijk te vinden verwilderd wandelpad. Dit pad is bereikbaar door het bospad in het verlengde van de Laan Weldadigheid ongeveer 400 meter te volgen en dan op 5 meter na de kruising schuin het bos in te lopen. De gemeente Noordenveld is door adviesbureau Vandertuuk b.v. geadviseerd dit wandelpad weer goed begaanbaar te maken en er tevens een rondwandeling van te maken. Een advies waar ik mij van harte bij aansluit.

Bronnen 
Jaarboek Legermuseum 1980-1981, P.H. Kamphuis. Blz. 44 e.v.
Veenhuizen tijdens de Tweede Wereldoorlog, Werkgroep Veenhuizen W.O.II. Blz. 8.
Veenhuizen: anders dan anders, VANDERTUUK b.v. mrt. 2006. Blz. 50.
Provinciale Drentsche en Asser Courant, 06-06-1887
Provinciale Drentsche en Asser Courant, 20-08-1907
Provinciale Noordbrabantsche Courant, 03-06-1890
Algemeen Handelsblad, 08-07-1905
Nieuwsblad van het Noorden, 23-09-1902
Nieuwsblad van het Noorden, 01-07-1906
Nieuwsblad van het Noorden, 15-04-1938
Nieuwsblad van het Noorden, 25-10-1968
Drents Archief: toegangsnummer 137.01, inventarisnummers 702, 702a, 703 en 704
Wikipedia: Kamerschieten
M. Walters: locatie duidingen
  
M.H.G. van Wersch

Klik hier voor Michiel van Wersch in de Heerlense Tak.

error: