Marie Contant van Weersth werd, als Van Weersth volgens de ambtenaar, geboren in het Belgische Homecourt op 30 december 1883.
Hij overleed in het zieken huis van Parijs op 17 september 1916, ten gevolge van oorlogsverwondingen. Vijf jaar daarvoor was hij in Joeuf op 16 september 1911 met Henriette Becker getrouwd.
In 1902 werd Constant Van Wersth 18 jaar oud, door de rechtbank van Briey tot 10 dagen gevangenschap veroordeeld wegens het toebrengen van verwondingen. Hij was toen mijnwerker in Homécourt.
Omdat Constant tijdens de Eerste Wereldoorlog aan zijn verwondingen, opgelopen tijdens de strijd, overleed, werd zijn naam op het oorlogsmonument in Joeuf vermeld.
Foutief werd hij in een boek over dit monument Van Werth genoemd. Het boek heet La memoire et la Pierre en werd door Roger Martinois geschreven. Over Constant schreef hij:
Marie Constant VAN WERSTH
Né à Homécourt (Meurthe-et-Moselle), le 30 décembre 1883. Mineur au siège du Grand Fond (usine De Wendel), marié en 1911, il habite chez ses parents, cafetiers au 18 rue de Franchepré, jusqu’à son départ pour Thil (Meurthe-et-Moselle) en août 1912. Le couple et un enfant résident dans cette commune, au 4 rue du Repos, en août 1914. Mobilisé au 166e Rgt d’Infanterie, le fantassin est grièvement blessé (plaies multiples par éclats d’obus) à Herbeuville (Meuse) le 26 août 1916. Il décède à l’âge de 33 ans le 17 septembre 1916 à l’hôpital Saint-Antoine dans le 18e Arrondissement de Paris (Seine). Il est inhumé dans le Carré militaire du cimetière d’Ivry-sur-Seine (42e division, avenue transversale 1). La Médaille Militaire qui lui est décernée est remise à son enfant devant le Monument aux Morts de Joeuf le 11 novembre 1922. La transcription du décès est adressée à la mairie de Thil et le nom du mineur jovicien figure sous l’intitulé Van Werth sur le monument de cette commune du Pays-Haut. Il est également mentionné avec deux orthographes différentes sur les “Livres d’Or” du ministère des Pensions de Jœuf et de Thil.
Marie Constant VAN WERSTH
Geboren in Homécourt (Meurthe-et-Moselle) op 30 december 1883. Als minderjarige op het hoofdkantoor van de Grand Fond (fabriek De Wendel), getrouwd in 1911, woont hij bij zijn ouders, cafétiers in de Rue de Franchepré 18, tot zijn vertrek naar Thil (Meurthe-et-Moselle) in augustus 1912. Het echtpaar en een kind woonden in augustus 1914 in deze gemeente, op 4 Rue du Repos. Gemobiliseerd bij het 166e Regiment Infanterie raakte de infanterist op 26 augustus 1916 ernstig gewond (meerdere granaatscherfwonden) in Herbeuville (Maas). Hij overleed op 33-jarige leeftijd op 17 september 1916 in het Saint-Antoine-ziekenhuis in het 18e arrondissement van Parijs (Seine). Hij ligt begraven in het Carré militaire van de begraafplaats van Ivry-sur-Seine (42e divisie, Avenue Transversale 1). De aan hem toegekende Militaire Medaille werd op 11 november 1922 aan zijn kind uitgereikt voor het Monument aux Morts de Joeuf. Het overlijdensbericht wordt naar het gemeentehuis van Thil gestuurd en de naam van de mijnwerker uit Joeuf verschijnt onder de titel Van Werth op het monument van deze gemeente van de Pays-Haut. Hij wordt met twee verschillende schrijfwijzen vermeld in de “Gouden Boeken” van het Ministerie van Pensioenen van Joeuf en Thil.
Klik hier voor Marie Constant van Weersth in de Simpelveldse Tak.