Maria Magdalena van Wers, geboren 8 mei 1815, overleden Simpelveld 1 oktober 1866.
trouwde 1: Simpelveld 22 november 1834 Martin Joseph Engelen, geboren Merkstein 31 maart 1812, overleden Simpelveld 18 maart 1836, zoon van Willem Joseph Engelen en Anna Barbara Poetgens.
trouwde 2: Simpelveld 2 februari 1837 Joannes Theodorus Smeets, geboren Voerendaal 13 april 1802, overleden Simpelveld 23 maart 1875, zoon van Petrus Smeets en Anna Maria Rutten.
1833: Jan Smeets was de eerste organist van de Remigiuskerk van Simpelveld. Het orgel was kort daarvoor aangeschaft. Hij richtte met de pastoor ook het mannenkoor Harmonia op in 1859 in Simpelveld en werd de eerste dirigent.
1834: Bij haar eerste huwelijk werd zij door de ambtenaar Maria Magdalena Vanwers genoemd terwijl zij met M.M. van Wersch tekende. Zij was 19 jaar. Hij tekende de akte met Johannes Martinus Engelen, was 22 jaar en was landbouwer in Simpelveld.
1835: Hun eerste kind werd geboren en overleed een maand later. Vader Martin Engelen was herbergier in Simpelveld. In 1836 werd een ontkenning der naarlatenschap door de notaris opgemaakt waarin stond dat er niets te erven was. Haar vader was inmiddels overleden en Maria deed de aangifte bij de notaris in Heerlen die schreef dat zij herbergiersche was.
1836: Haar eerste man was overleden. Weer werd de nalatenschap beschreven. De notaris noemde haar Maria Magdalena van Wers. Er werd dus een akte een ontkenning der naarlatenschap (!) opgemaakt omdat hij geen testament had nagelaten. Deze akte werd op 10 november 1836 gemaakt, maar dan een half jaar na zijn overlijden. Zij woonden aan de kerk. Er viel ook niets te erven.
1837: Bij haar tweede huwelijk was Maria herbergierster, woonde aan de Kerk was 22 jaar en weduwe. Zij tekende de akte als M.M. van Wersch. De ambtenaar schreef Van Wersch. Jan Smeets was 34 jaar en schoolmeester in Simpelveld.Haar eerste huwelijk duurde helaas maar een jaar en een paar maanden. Zij woonde met haar tweede man en hun twee kinderen bij haar vader in huis.
1849: In 1849 was Jan Smeets onderwijzer en zijn vrouw huishoudster. De kinderen zaten op school, behalve natuurlijk. Johanna (nr 7), die was net geboren.
1850: Bij hen in huis woonden ook Anna Barbara Rocks, geboren Brunssum 1832 als dienstmeid. Zij vertrok januari 1852 naar Brunssum.
1860: akte 284, 11 oktober 1860, notaris Wijnans Gulpen.
Voor mij Joannes Mathias Adolphus Wijnans, Notaris residerende te Gulpen, arrondissement Maastricht, hertogdom Limburg in tegenwoordigheid van de twee getuigen hierna genoemd
Compareerden
1: Margaretha Souren, landbouwster, weduwe uit eerste huwelijk van wijlen Lambertus Groenenschild, en thans weduwe van wijlen Jan Leonard Van Wersch
2: Mejuffrouw Maria Magdalena Van Wersch, zonder bepaald beroep, ten deze bijgestaan en gemagtigd door haren echtgenoot den heer Jan Theodoor Smeets, hoofdonderwijzer
3: Barbara Van Wersch, bijgestaan en tot het navolgende gemagtigd door haren mede verschijnende echtgenoot Jan Josef Vrösch landbouwers Deze regels betreffende de derde persoon zijn doorgehaald.
4: Anna Maria Hubertina Van Wersch, en haar echtgenoot Mathijs Jan Voragen, dewelke verklaarde zijne vrouw ten deze bijtestaan en te magtigen, insgelijk landbouwers, allen wonende te gemeld Simpeveld.
5: Theodorus Van Wersch, landbouwer, wonende op de Beitel, gemeente Heerlen
6: Jan Josef Van Wersch
7: Herman Josef Van Wersch, insgelijks landbouwers, beide wonende te Kerkrade
De welke verklaarden en erkennen ontvangen en opgetrokken te hebben uit handen van den heer Joannes Baptiste Edmundus Arnold, griffier bij het kantongeregt te Gulpen, aldaar wonende, die mede tegenwoordig verklaarde deze erkentis aan te nemen, te weten: De eerste en zevenden genoemde comparanten ieder afzonderlijk de som van vijfhonderd vijf en zeventig gulden vijftig centen, tot geheele voldoening van de aandeelen aan de comparanten respectievelijk toekomende in de koopprijzen van de onroerende goederen ten overstaan van mij Notaris in het openbaar verkocht bij proces verbaal van den elfden januarij jongstleden, alsmede in de koopprijzen der roerende goederen door gemelden heer griffier ten hunner verzoeke in het openbaar verkocht bij procesverbaal van den acht en twintigste October laatstleden en eindelijk in de koopprijzen van de boomen aan de comparanten behoord hebbende en door hen in het openbaar verkocht door meer genoemden heer Griffier, bij procesverbaal daarvan opgemaakt, ter rekwisitie van den heer Francis Xavier Vincken te Bocholtz, den drie en twintigsten Januarij jongsleden verklaarden de comparanten mitsdien genoemden heer Arnold, welke tot ontvangst der koopprijzen van gemeld verkocht onroerende goederen door hengemagtigd is geworden bij het hiervooren aangehaalde Procesverbaal van den elfden Januarij geheel en volkomen te kwijten zonder eenig hoegenaamd voorbehoud.
1862: In 1862 verscheen het boek Beschuldiging ter zake van Broedermoord en verdediging. Zaak van L.J. Brouwers en A.B. Bessems, huisvrouw Haenbeukers, voor het Provinciaal Geregtshof in Limburg.
Het betreft een moordverslag, gepleegd in maart 1862 in Simpelveld. Hendrik Brouwers, kalkbrander, ging op donderdagavond naar zijn halfbroer Leo Brouwers die bij Anna Bessems in huis was. Zij was getrouwd met Jan Haenbeukers die alleen in het weekend thuiskwam omdat hij in Aken werkte. De dag erna werd Hendrik vermist. Ook de dag daarna. Tenslotte werd het dode lichaam, overdekt met aarde, in de sloot tegenover het huis van Haenbeukers aangetroffen. Gelijk werden Leo Brouwers en zijn vriendin Anna Haenbeukers-Bessems verdacht en gevangengenomen. Het proces duurde acht dagen. Er waren 52 getuigen gehoord waaronder Barbara van Weers, echtgenote van Jozef Vrusch, maar ook Maria Magdalena van Weersch, huisvrouw van Jan Smeets. Maria had gehoord dat Hendrik al in het verleden door zijn halfbroer bedreigd was. Zowel Barbara van Weers als haar man Jan Vrusch hadden beide daders ter plekke gezien.
Het boek geeft een mooi overzicht wie waar in Simpelveld in 1862 woonde en wat voor beroep zij hadden.
1866: Jan Smeets maakte zijn testament op op 6 september 1866 voor notaris Hoho uit Wittem.
… is verschenen de heer Jan Theodoor Smeets, hoofdonderwijzer woonachtig te Simpelveld
welke comparant willende bij testament eenige beschikkingen maken, zijnen uitersten wil aan mij Notaris heeft opgegeven ten gevolge waarvan ik Notaris dien uitersten wil, zoo als die zakelijk aan mij door den erflater is opgegeven heb in geschrift doen brengen als volgt:
Ik Jan Theodoor Smeets legateer aan mijne echtgenoote Maria Magdalena Van Wersch het levenslankelijk vruchtgebruik mijner geheele nalatenschap: Zij is niet verpligt om voor dat vruchtgebruik zekerheid te stellen.
De opgave van bovenstaanden uitersten wil door den erflater buiten de tegenwoordigheid der na te noemen getuigen aan mij Notaris gedaan en het Opstel door mij gereed gemaakt zijnde, zoo heeft de erflater alvoorens de voorlezing van dien uitersten wil is geschied, zijnen uitersten wil nogmaals zakelijk in tegenwoordigheid der na te noemen aan mij Notaris opgegeven.
Geen woord over zijn kinderen als erfgenamen.
Ook zijn vrouw maakte die dag haar testament op:
…is verschenen Maria Magdalena Van Wersch zonder beroep echtgenoote van den Heer Jan Theodoor Smeets, hoofdonderwijzer, beiden woonachtig te Simpelveld.
Ik Maria Magdalena Van Wersch legateer aan mijnen echtgenoot Jan Theodoor Smeets het levenlankelijk vruchtgebruik mijnen geheele nalatenschap, hij is niet verpligt om voor dat vruchtgebruik zekerheid te stellen.
Verder dezelfde tekst als hierboven, Ook geen kinderen genoemd.
1866: Zij maakten een nieuw testament op 27 september 1866:
Ik Jan Theodoor Smeets legateer aan mijne echtgenoote Maria Magdalena Van Wersch net levenslankelijk vruchtgebruik mijnen geheele nalatenschap.
Ik legateer aan mijnen zoon Johan Jozephus Smeets mijn aandeel in het perceel wat ik gedurende mijn huwelijk heb gekocht bij acte verleden voor den Notaris Feij te Gulpen den elfden April achttien honderd vier en veertig, voor het geval het legaat door mijne echtgenoote aan hem op heden gemaakt blijft stand houden, en alsdan onder de verpligting hem door mijne echtgenoote opgelegd.
Ik herroep ook mijn vorige testamenten.
Ik Maria Magdalena Van Wersch legateer aan mijnen echtgenoot Jan Theodoor Smeets het levenslankeljik vruchtgebruik mijner geheele nalatenschap.
Ik legateer aan mijnen zoon Johan Jozephus Smeets mijn huis met schuur stallen mestplaats, tuin en hooiland gelegen te Simpelveld en door mij gekocht, te weten het huis met schuur stallen en mestplaats bij actie verleden voor den Notaris Wijnans te Gulpen den elfden Oktober achttien honderd zestig, en de tuin met het bouwland in gemeenschap met mijnen man bij acte verleden voor den Notaris Feij te Gulpen den elfden April achttien honderd vier en veertig (…) om in de nalatenschap van mij intebrengen eene som van vier duizend francs.
Ik verlang dat bij eventuële afscheiding mijner nalatenschap van die van mijnen echtgenoot de voormelde tuin met bouwland van mijne nalatenschap zal te beurt vallen om op deze wijze de afgifte van voormeld legaat te verzekeren.
Mogten een of meer mijnen erfgenamen zich tegen deze mijnen uitersten wil verzetten of tegen een gedeelte van denzelven in dat geval geef ik aan mijnen genoemden zoon een vierde gedeelte van het erfdeel dergenen die dezen uitersten wil niet geheel mogten nakomen. Ik herroep mijnen vorige testamenten.
1867: Op 12 juli 1867 werd de memorie van aangifte voor het regt van successie der nalatenschap van Maria Magdalena Van Wersch, overleden op 1 oktober 1866, gedaan. Haar man was hoofdonderwijzer in Simpelveld. Hij handelde in eigen naam en namens zijn vier minderjarige kinderen.
Onroerende goederen:
1: het huis met schuur, stallen en mestplaats,
2: de helft van bouwland in het Boschveld,
3: bouwland in Boschenhausenveld,
4: bouwland in het Broekveld,
5: bouwland,
6: bouwland Boschenhausenveld,
7: bouwland Boschenhausenveld,
8: plaats gelegen in den Kleinen Waalbroek,
9: boomgaard in den Schiffelder,
10: bouwland in het Boschveld,
11: bouwland,
12: bouwland,
13: bouwland gelegen aan Martensgraaf,
14: bouwland in het Brocj,
15: plaats in den Schiffelder,
16: bouwland gelegen in het Boschenhauserveld,
17: weiland.
1869: Op 16 februari 1869 was er een openbare verkoop voor notaris Hoho Wittem: …zijn verschenen de Heer Jan Theodoor Smeets, hoofdonderwijzer woonachtig te Simpelveld, handelende en in eigenaam in hoedanigheid van gemagtigden zijner kinderen Jan Jozef Smeets, brievengaarder woonachtig te Simpelveld, Marie Josepha Smeets, zonder beroep en haren man Arnold Nulens, rijksambtenaar en waarnemend visiteur, inwoners van Simpelveld, Cornelia Smeets, zonder beroep en haren man Adolf Ghisdeel, rentmeester, inwoners van Condé sur Iton in Frankrijk, en Hubert Smeets, kantoorschrijver, woonachtig te Roubaix in Frankrijk ingevolgde twee onderhandsche volmagten die den comparant tegenwoordigheid van ons Notaris en de na te noemen getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan door denzelven met ons onder de daarop gestelde erkenningen geteekend, welke twee volmagten in originali aan deze acte zullen vastgehecht blijven
C: in hoedanigheid van voogd zijner minderjarige kinderen Antoon Willem Smeets, Johanna Maria Smeets, Antonia Petronella Smeets en Mathieu Antoon Smeets malle vier zonder beroep te Simpelveld woonachtig.
2: de Heer Jan Pieter Smeets, hoofdonderwijzer woonachtig te Valkenburg, handelende in eigennaam als in hoedanigheid van toezienden voogd der genoemde vier minderjarigen.
Te kennen gevende dat zij in overdeelden eigendom bezitten de volgende goederen als:
1: boomgaard in den Schiffeler te Simpelveld. Dit werd gekocht door Mathijs Jozef Meentz, aannemer van publieke werken, gehuwd met Maria Anna Eijmael, die het stuk ernaast al had, voor ƒ 1088, –
2: bouwland, gelegen in het Kijkensbroek, gekocht door Marie Gertrudis Thomas landbouwster weduwe van Willem Hendrik Hollenwerk uit Simpelveld voor ƒ 490,-
3: bouwland gelegen op het Schild aan Jan Gerard Dautzenberg, landbouwer in Nieuwenhagen gehuwd met Maria Helena Pijls, voor ƒ 310,
4: bouwland in het Boschveld, aan Jan Leonard Dautzenberg in Simpelveld namens zijn broer Antoon Jozef Dautzenberg en Jan Leonard Dautzenberg gehuwd met Anna Maria Hubertina Lersch, landbouwer in Simpelveld, voor ƒ 117, 25,
5: bouwland Op den Konijnsberg gekocht door Leonard Didden, landbouwer in Simpelveld namens Philomene Meertens, landbouwster, weduwe van Pieter Joef Dodden in Busschenhausen voor ƒ 173,25,
6: bouwland aan de Gats, gekocht door Jan Jozef Van Wersch, koster, gehuwd met Anna Maria Lumeij in Simpelveld, ƒ 111,60,
7: bouwland min een stuk afgenomen door de Spoorwegen, gelegen aan het Heiligenhuisje Bocholtz, gekocht door Jan Jozef Van Wersch, voornoemd ƒ 275,-
8; bouwland in het Busschenhauserveld, gekocht door Hendrik Wintgens, landbouwer, gehuwd met Clara Schrouff, Busschenhausen in Simpelveld voor ƒ 274
9: bouwland, gelegen aan den Kalkoven, Simpelveld, werd ingetrokken.
10: bouwland gelegen aan den Lauter, Simpelveld, werd ingetrokken.
De percelen 4, 5, 8 en 10 kwamen uit de nalatenschap van Maria Magdalena Van Wersch en de andere stukken hadden zij samen gekocht. Deze stukken waren voor de helft van hem en een negende deel voor de 9 kinderen. Gedaan en verleden te Simpelveld ten huize van Hubert Van Wersch aan de kerk heden den zestiende Februarij des jaars achttien honderd negen en zestig.
1876: Na zijn overlijden in 1875 werd in februari 1876 de Memorie van Aangifte der nalatenschap opgemaakt. De kinderen kwamen tezamen bij notaris Beekman in Gulpen. Hun vader overleed zonder testament. Zijn vrouw werd door de notaris Vom Wersch genoemd. Ieder kind erfde 1/9 deel.
Klik hier voor Maria Magdalena van Wers in de Kerkraadse Tak.