Genealogische website Warsage

frans van werschIn 1962 behaalde Frans van Wersch zijn kandidaatsexamen Rechten aan de universiteit van Leiden. In 1965 was hij, net als zijn oudste broer, praeses van de Rooms Katholieke Studentenvereniging Sanctus Augustinus. Op de feestdag van de vereniging sprak Frans onder meer:

 

… de  vereniging zal trachten iedere ghetto vorming te voorkomen, want nog steeds mogen wij de duistere krachten die onweerstaanbaar het .grootste deel van de katholieke bevolking samenbrengen in vaak zinloze
groeperingen, niet onderschatten. ln de structuur van de studenten wereld zijn maar al te vaak symptomen aan te wijzen die in strijd zijn met de praktijk van het christen zijn. Als teken aan de wand is bijvoorbeeld de baantjesjagerij, het snel oordelen op grond van geruchten het slecht nakomen van op zich genomen aken en het gebruiken van de confessionele verenigingen als springplank naar een „hoger” baantje.

 

In het katholieke avondblad De Tijd van 1965 staat

De praeses van Augustinus, de heer F. L. J. van Wersch. hield een rede, waarin hij, aan de hand van vele voorbeelden, een visie ontvouwde op de Kerk. Hij betuigde zijn instemming met het demonstratieve wegblijven van de receptie op de pauselijke internuntiatuur door het hoofdbestuur van „Sint Adelbert”. „Het ware verstandiger geweest als mgr. Beltraml gepoogd had overtuigend aan te tonen, waarom er in een land behoefte bestaat aan een pauselijke gezant naast de bisschoppen”, zei hij. „De Kerk wint aan geloofwaardigheid, als zij haar zwakheid durft te tonen.”
De heer Van Wersch pleitte voor het vaststellen van een pensioengerechtigde leeftijd voor hoogwaardigheidsbekleders. Tenslotte ging hij in op enkele, door de nieuwe theologie opgeworpen problemen. „Laat structuren maar rustig verdwenen, als de wezenlijke boodschap, de liefde, maar wordt uitgedragen”, zo besloot hij.

 

In 1967 slaagde hij voor het doctoraal examen rechten waarna hij zich als advocaat vestigde. Zodoende was hij in vele zaken of de aanklager of de verdediger.

Per september 2003 trad de heer F.L.J. van Wersch toe tot het bestuur van Stichting Humana. In deze Leesstof kunt u met hem kennismaken.

 

Kunt u kort iets over uzelf vertellen?
Ik ben geboren in 1943 in Kerkrade als zevende kind in een rij die nog zou uitdijen tot twaalf. Mijn moeder was, totdat zij trouwde, werkzaam in een bloemenwinkel en mijn vader was apotheker en opticien. De middelbare school, het gymnasium, heb ik als interne leerling doorlopen op het Canisius College in Nijmegen. Na het eindexamen wist ik nog niet precies wat ik later zou willen gaan doen en daarom koos ik voor een algemeen vormende studie waarmee ik nog alle kanten op zou kunnen: een studie rechten in Leiden. Tijdens mijn studie kreeg ik belangstelling voor de advocatuur. In 1967 rondde ik mijn studie af en begon ik als advocaat in Rotterdam. Op dit moment ben ik nog steeds advocaat bij de Nederlandse vestiging van een groot, wereldwijd opererend, Engels advocatenkantoor.

Tijdens mijn studie in Leiden leerde ik mijn vrouw kennen. Zij studeerde medicijnen en ging na het afronden van haar studie werken als verpleeghuisarts, ook in Rotterdam. Wij zijn getrouwd in 1968 en hebben drie kinderen van wie er inmiddels twee zijn getrouwd. Onze kleinkinderen, die gelukkig heel dicht bij ons in de buurt wonen, zijn drie en vijf jaar.

 

Ik heb diverse hobby’s, waar ik door tijdgebrek te weinig aandacht aan besteed. Gelukkig komt daar medio volgend jaar verandering in als ik het wat rustiger aan kan gaan doen. Voor één hobby maak ik echter altijd tijd: als er natuurijs ligt, ga ik schaatsen. Voor de Elfstedentocht van 1985 heb ik het zelfs aangedurfd om een op die dag vastgesteld pleidooi af te zeggen met als reden dat ik moest gaan schaatsen. Die telefonisch gedane mededeling bracht in eerste instantie de nodige consternatie teweeg bij de griffie. Een dergelijke reden was nog nooit opgegeven. Ik werd rechtstreeks doorverbonden met de voorzitter van het rechtscollege. Gelukkig konden zowel mijn tegenpleiter als de voorzitter van het college begrip opbrengen voor mijn beweegredenen en werd aanhouding van het pleidooi verleend.

 

Hoe kende u Stichting Humana?
Ik kende Stichting Humana slechts vaag als een van de organisaties die kleding voor het goede doel inzamelt. Vorig jaar besloot het bestuur van Stichting Humana dat men graag een bestuurslid met een juridische achtergrond in het bestuur zou willen hebben. Een van de bestuursleden van Stichting Humana sprak daarover met een kantoorgenoot die incidenteel zakelijk door Stichting Humana werd ingeschakeld. Die kantoorgenoot informeerde bij de partners of iemand belangstelling had voor een bestuursfunctie bij Stichting Humana en ik gaf te kennen daarin geïnteresseerd te zijn. Ik heb uitvoerig gesproken met zowel een zittend bestuurslid als met de directie. Die gesprekken waren zeer informatief en gaven mij een goed beeld van de organisatie Stichting Humana en de door haar gesteunde projecten en  doelstellingen. Op basis daarvan besloot ik toe te treden tot het bestuur van Stichting Humana.

 

Wat maakt u geschikt als bestuurslid?
Ik vind het belangrijk om naast mijn werk ook maatschappelijke activiteiten te ontplooien en waar mogelijk en gewenst daarvoor verantwoordelijkheid te dragen. Zowel in de zakelijke sfeer als in de non-profitsector heb ik in het verleden bestuurlijke functies vervuld. Zowel in mijn werk als in mijn bestuurlijke functies heb ik veel ervaring opgedaan. Daarnaast ben ik rustig van aard en maatschappelijk geëngageerd, ik ben goed in staat om te luisteren en stormen te doorstaan. De  combinatie van deze eigenschappen en mijn belangstelling voor ontwikkelingshulp, maken mij geschikt tot het vervullen van deze bestuursfunctie.

Waarom bent u toegetreden tot het bestuur van Stichting Humana?
Ik draag ontwikkelingshulp een zeer warm hart toe. In augustus vorig jaar bracht ik een bezoek aan het hoofdkantoor van de Federatie in Zimbabwe en diverse ontwikkelingsprojecten in Zimbabwe en in Mozambique. Ik ben toen zeer onder de indruk geraakt van de aard, de kwaliteit en de resultaten van de projecten die mede door de steun van Stichting Humana mogelijk worden gemaakt.Wat mij bijzonder heeft geraakt is de enorme inzet en gedrevenheid van de mensen die de projecten begeleiden en zich daarvoor inzetten. De projecten gaven mij de indruk dat er zaken van de grond komen die er echt toe doen. Dit zijn zaken die de primaire levensbehoeften van ongelooflijk veel mensen raken die door het lot heel slecht zijn bedeeld. Het is een enorme uitdaging en een fantastische opgave te proberen iets bij te dragen aan de verbetering van het lot en de omstandigheden van die mensen.

 

Wat verwacht u van uw nieuwe bestuursfunctie?
Ik ben zeer onder de indruk van de projecten die Stichting Humana samen met de partnerorganisaties  van de grond heeft getild en verder tracht te ontwikkelen. De opzet van de projecten: het volledig gefocust zijn op de duurzaamheid van die projecten, spreekt mij erg aan. Door die projecten worden de levensomstandigheden van vele mensen die het aanzienlijk slechter hebben dan wij, enorm verbeterd. Het uitgangspunt van alle projecten is om de mensen te leren hoe zij zelf hun eigen situatie kunnen verbeteren. Dat is een doel dat geen aanbeveling behoeft. Ik hoop daaraan samen met de andere bestuursleden een bijdrage te kunnen leveren.

 

Wat heeft u met Afrika en/of ontwikkelingshulp?
Naar mijn mening verdient ontwikkelingshulp alle mogelijke steun. Het is droevig te constateren dat de rijke landen daaraan nog steeds veel te weinig doen. Op dit moment steunt Stichting Humana projecten in twee landen in het zuidelijke deel van Afrika. Daar zijn de noden hoog, zeer hoog. Natuurlijk zijn het niet de enige landen in de wereld waar mensen onder erbarmelijke omstandigheden leven.Wanneer er beperkte middelen beschikbaar zijn moet er een keuze worden gemaakt. De bevolking van Afrika heeft daarbij steeds een bijzondere aantrekkingskracht op mij uitgeoefend door de authentieke, spontane en extroverte manier waarop zij in het leven staat.

bron: tekst Uitgave Leesstof okt 2004 van Stichting Humana

frans van werschIn de loop van zijn werkzame leven was hij zowel advocaat als curator, procureur en plaatsvervangend (kanton)rechter. Frans was / is lid van verschillende (liefdadigheids) stichtingen:

 

  • Lid Bestuur Stichting De Capelse Kruisvereniging
  • Lid Bestuur Stichting Capelse Verpleeginrichtingen
  • Lid Bestuur Stichting Verpleeghuis Krimpen, alleen regio Capelle aan de IJssel en Krimpen aan de IJssel
  • Raad van Toezicht van de stichting Zorgbeheer De Zellingen
  • Raad van Toezicht Stichting Sympany
  • Ook is hij voorzitter van de Lions in zijn stad.

 

In januari 2015 reikte de burgemeester van Krimpen aan de IJssel de Guldemont Oorkonde 2014 uit aan de voorzitter Frans van Wersch van de Lionsclub. Deze organisatie is uitgeroepen tot “Krimpenaar van het jaar 2014” voor de inzet op maatschappelijk en cultureel terrein in Krimpen aan de IJssel.

 

Klik hier voor Frans van Wersch in de Kerkraadse Tak.

error: